DAGBOEK ZUID AFRIKA JULI - AUGUSTUS 2007

een annex van drie weken aan een tien maanden lage reis.

Wat voorafging:

Dagboek Kenia September 2006
Dagboek Kenia Oktober 2006
Dagboek Kenia & Ethiopië November 2006
Dagboek Ethiopië December 2006
Dagboek Ethiopië Januari 2007
Dagboek Kenia Januari 2007
Dagboek Kenia Februari 2007
Dagboek Uganda Februari 2007
Dagboek Rwanda Maart 2007
Dagboek Tanzania Maart 2007
Dagboek Tanzania April 2007
Dagboek Malawi April 2007
Dagboek Malawi Mei 2007
Dagboek Mozambique Mei en Juni 2007
Dagboek Zuid Afrika Juni 2007

Veel sneller dan verwacht was onze vrachtwagen verkocht. Een nacht nadat we onze verkoopswebsite hadden gelanceerd kregen we een email van Mark en Ruth:

En Mark stond drie dagen na onze terugkeer in Brugge en kocht onze vrachtwagen. Wij moesten hem echter wel gaan afleveren in Kaapstad. Trouwe vrienden, familie en onze meerderjarige kinderen vingen de jongsten op, zodat vader en moeder met hun tweetjes drie weken naar Zuid Afrka trokken:

Woensdag 25 Juli 2007

 Naas bezorgt ons twee oude fietsen om naar het station te peddelen. Lufthanza brengt ons naar Frankfurt en na een nachtje slapen zijn we zowaar weer in het koude Jo'burg, veel sneller dan verwacht.

Donderdag 26 Juli 2007, rustdag in Johannesburg 

De nachtvlucht in de propvolle Airbus duurt een uur langer dan gepland. Ook de bagageband laat meer dan een half uur op zich wachten. Ondertussen heb ik Rob gebeld die rondjes aan het rijden is voor de luchthaven om ons op te pikken. Een potje oploskoffie in Robs Airport lodge en dan onze vrachtwagen reisklaar maken. Batterijen aankoppelen, wat buitenstroom om ze wat extra op te laden. Watertanks vullen, gasflessen openzetten en leidingen ontluchten. Olie en koelvloeistofniveau zijn nog op peil. Wat diesel oppompen en de motor starten, toch wat last van de koude, een zwarte rookwolk en wat gesputter dus. Mailen naar de kinderen dat we goed zijn aangekomen.

We wandelen naar de shopping Mall en onderweg gaan we in een lokale kruising tussen frietkot en mac donalds een hapje eten op het terras in een heerlijk winterzonnetje. In de Mall worden euroos randen en krijgt mijn GSM lokaal belkrediet. Bij woolworths kopen we het nodige eten en drinken. We lopen de vrouw van Rob tegen het lijf die ons terugbrengt naar de Airport Lodge. Na het eten liggen we al vroeg te slapen, we moeten nog wat vlieguren inhalen.

Vrijdag 27 Juli 2007, AA of SA, the Beadshop en dan richting Bloemfontein

Echt vroeg zijn we niet uit de veren. Vandaag moeten we Jo’burg rond en door. Gelukkig wijst rob ons een eenvoudige rustige weg naar de Kyalami Race Cours waar de Zuid Afrikaanse Automobiel Club zijn hoofdkwartier heeft, toch een uur rijden. Meliza Van Dijck is er niet vandaag maar haar collega’s helpen ons verder. We dienen een aanvraag in bij de Zuid Afrikaanse douane om onze Belgische Carnet de Passage en Douane te laten substitueren door de Engelse Carnet van Mark die onze vrachtwagen kocht. Dit is een ongewone procedure, maar volgens Meliza die telefonisch wordt gecontacteerd zou dit mogelijk moeten zijn. We laten onze Carnet achter bij de AA, en rijden richting M1.

Dit is andere koek. De M1 is een superdrukke snelweg dwars door Johannesburg. Opritten en afritten volgen elkaar in een hels tempo op, links of rechts, maakt helemaal niet uit. Van ritsen hebben de Sudafs duidelijk nog nooit gehoord. Wanneer ik mijn richtingsaanwijzers naar rechts aandoe is er geen kat die reageert, en met de grote dode hoek door het linkse stuur is het vrijwel onmogelijk om in te voegen. Af en toe wat getromp van een bakkie dat ik noodgedwongen probeer van zijn vak te duwen.... veilig is anders. De afrit naar Empire Road is bijzonder kort maar we slagen er toch in rechtstreeks tot voor de Beadshop te rijden. Wat een vrachtwagenchauffeur allemaal lijden kan voor een lading parels en sluitertjes.

Na de middag slagen we er zelfs in terug op de M1 te raken en via een reeks bochten en bruggen raken we dwars door het industriële Johannesburg op de N1 richting Bloemfontein. We komen zowaar in een echte stofstorm terecht als we Soweto rechts laten liggen. Eenmaal de stad uit rijden we langs de vervallen Townships van Evaton en Sebokeng. Langs de snelweg staan borden om ons te verwittigen voor Hazardous Objects op de snelweg, de inwoners van de Townships houden blijkbaar niet zo van de snelweggebruikers.

We rijden door tot een uur of vijf en nemen dan de afrit naar Koppies. Bij het eerste boerderijtje rechts mogen we binnen het hek kamperen. De jong blanke eigenaars zijn zeer vriendelijk maar zien er nogal verarmd uit.

Zaterdag 28 Juli 2007, 280 lange kilometers naar Bloemfontein

De toll-road mag dan wel een mooi en keurig aangelegd zijn, maar voor onze non is het een gevaarlijke zeer-snel-weg. Een (vooral met vrachtwagens bezaaide) tweevaksbaan met aan beide zijden een pechstrook die  doodleuk ook als rijweg wordt gebruikt maar daarvoor veel te smal is. En wanneer zo’n zwaar gedoefte ons voorbij tuft en er tevens zo’n ander gedoefte ons kruist, ja dan wordt het toch wel echt nijpend en bangelijk.

Wij dus zeer tevreden als we midden in de namiddag bloemfontein binnenrijden, en koen ons veilig loodst  naar de Moffetstraat  waar Esmé en kris huizen. Een potje rooibesthee en versgebakken pisangbrood......heerlijk!

Esmé en kris nemen ons mee voor een ritje door bloemfontein, maar de stad is niet veel zaaks als je uit brugge komt. Indrukwekkend is wel het hoog gelegen uitzicht over de stad gezien vanuit het natuurpark en  ook de promenade aan “the waterfront” zal wel best gezellig wezen in warmere seizoenen. Wij vinden het nu maar berekoud!

We avondeten met heerlijke verse hete groentesoep, brood, huisgemaakte biltong ( zelfs de bokkie is zelf geskiet) abrikozenjam en nog meer lekkers en we laten het ons smaken.

Nog een mailtje naar de kindertjes thuis, en dan zoeken we ons bed op in de non die buiten op straat staat te bevriezen.

Zondag 29 Juli 2007, !Gariepdam

Een gezellig en smakelijk ontbijt en nog wat goede tips van onze gastheer en gastvrouw, en vertroeteld met een tas vol fruit en boerewors  nemen we afskyt van die vriendelijke Sudafs.  Baie dankie !!!

Op aanraden van kris rijden we naar de Gariepdam. En hij heeft gelijk, het is er heel mooi en rustig en vrijwel compleet verlaten in deze tijd van het jaar.

De luxery stands van de Forever Resorts bestaan eruit dat elk zijn privé badkamer heeft en ’s avonds is een bloedheet bad dan ook welkom.

Maar voor het zover is maken we een wandeling naar het view point boven op de berg, we krijgen geen kat te zien en het uitzicht over het meer en de dam en de maan is prachtig. Het is al baie koud als we terug thuis zijn, gelukkig zijn we voorzien van sjalen en mutsen, bontjassen en berevellen, sneeuwlaarzen en  een goede verwarming in de non!

Maandag 30 Juli 2007, Middelburg

Boerderijen schijnen hier duizenden hectaren land te hebben maar wij zien weinig of geen bewerkt land, een kleine kudde schapen hier en daar dwalen door het met prikkeldraad afgezette scrubland.

Een mooi klein stadje en we vinden er een kleine camping; een vriendelijke oudere man heeft zij tuin omgebouwd: een paar slaapkamertjes zijn er te huur, en er is een keukentje, een zitkamertje, een washokje, een badkamer alles dus wat de kampeerder kan gebruiken. Wij zijn al lang blij met een warme douche.

Een toertje stappen in de stad leert ons dat er mooie huisjes staan met Victoriaanse veranda’s met gebogen golfplaten daken erop, dat de zon steeds aan de verkeerde kant zit als koen wil foto’s maken en dat hier weinig nieuwe en dure auto’s rondrijden.

Dinsdag 31 Juli 2007, Graaff-Reinet en de Vallei van de Verlatenheid

Reeds voor de middag komen we Graaff-Reinet binnengereden, we parkeren op de markt en gaan de straten met de oudste gebouwen verkennen. Prachtig onderhouden en wit geschilderde historische gebouwen met de typische verandas en oude bomen in de straat. De grote moederkerk staat helemaal los voor het stadhuis te pronken met zijn veelheid van torentjes, uitsteeksels en vormen.

We zoeken een restaurantje uit de reisgids met typische Karoo-gerechten maar het kaartje blijkt nogal onjuist te zijn. We vinden toch een gezellig terrastuintje waar we van een lichte maaltijd genieten. Onderweg naar onze non stappen het toerisch informatiebureau binnen waar we een kaartje van het Camdeboo national park krijgen. De Vallei van de Verlatenheid is slechts 14 km van het stadscentrum verwijderd. We rijden via de camping naar de parkingang. Het gewicht van de non wordt gevraagd en als ik 5 ton zeg mogen we het park in. Iets verder staat een bordje maximum 3,5 ton en verboden voor caravans en toerbussen. Mijn euro valt nog niet echt en dus rij ik maar door onder het motto: “we zien wel wat komt” En het komt. Het mooie smalle asfaltbaantje gaat een onschuldige vallei in en begint langzaam te klimmen. En dan wordt het wat steiler en nog een beetje steiler. Na een tiental kilometer wordt het voor onze 130 PK motor echt zwoegen om de 13 Ton de helling op te krijgen. Een kilometer verder moet ik overschakelen naar bergversnelling, hier kun we niet draaien en zeker niet achteruit. We klimmen stadig verder aan een echt slakkegangetje. Aan kilometer dertien is er eindelijk een parking voor een Topopunt. We krijgen een 360° panorama over de bergen en heuvels van de lege karoo en kunnen mooie luchtfotoos maken van Graaff-Reinet. We laten de non op de Topopunt parking en wandelen naar de Vallei van de Verlatenheid. Het weer is schitterend voor deze wandeling van een uur of zo. De afdaling verloopt iets vlotter en net voor zonsondergang bereiken we de rustige kamping aan de rand van de stad.

Woensdag 1 Augustus 2007, Willowmore

In Graaff Reinet doen we nog de nodige inkopen en vullen een dieseltank. De weg via Aberdeen naar Willowmore is leeg. Elke kilometer of tien een schapeboerderijtje. Elke kilometer of twee-drie een windmolenwaterpomp die een betonbak langzaam laat vollopen, met twee of drie struiken die profiteren van het gemorste water.. Kilometers prikkeldraad met hier en daar een kleine kudde schapen, we zijn immers op de Mohair route. Een zwart asfaltlint golft kaarsrecht over het desolate landschap door de grootvlakte, vergezelt door een hoogspanningslijn en antieke telefoonpalen. 150 km vrijwel zonder merkbare bochten. Droog en verlaten, de gehuchten heten hier Doringhoek of Nietgenaamd, geen spruit of fontein te vinden. Zelfs het stuwmeer op de Groot-rivier is leeg en uiterst droog.

Willowmore heeft 84% werklozen. De camping is nog niet opnieuw open. Maar de nieuwe blanke uitbater komt na een telefoontje uit toeristeninformatiecentrum voor ons openmaken. Hij verteld honderduit hoe hij vroeger in Pretoria woonde maar enkele jaren geleden hier huizen begon op te kopen. De blanken die twaalf jaar terug naar de grote steden trokken om hun kinderen naar blanke privé-scholen te laten gaan, komen nu terug naar de dorpen voor de veiligheid. En dit is hier in Willowmore te zien. In het centrum wordt er druk geschilderd en gerenoveerd.

Ter gelegenheid van onze drieëntwintigste trouwverjaardag doen we een terrasje met thee en koffie.

Donderdag 2 Augustus  2007, De Rust en struisvogels

tussen de Slypsteenberg en de Antoniesberg zakken we af naar de olifantsrivier. Het landschap wordt groen!! We nemen de R 343 naar De Rust, eindelijk weer in de bewoonde wereld, hoewel de populatie voornamelijk bestaat uit struisvogels. 

De Rust is niet meer dan een klein dorp  met een paar hotelletjes en  BenB en een weide waarop we mogen overnachten.

Een wandeling en een mailtje naar de kinderen thuis en het is alweer avond.....

Vrijdag 3 Augustus 2007, Oudshoorn en over de bergen naar George

Nog meer struise vogels vandaag. En dat allemaal voor de export. Wat doet een mens toch allemaal met struisvogelveren????

Om toch maar de echte toerist uit te hangen eten we in Oudtshoorn natuurlijk struisvogelsteak, en lekker is het wel, en niet weinig.

We bezoeken er ook een plaatselijk museumpje: het “bescheiden stadshuisje”  van een rijke struisvogelfarmer uit de beginjaren 1900.  Het pand werd slechts sporadisch gebruikt als de familie naar de stad kwam voor zaken of inkopen. Het is wel duidelijk dat er met die struissies veel geld te verdienen viel.

Op weg naar George moeten we een indrukwekkende pas over, en het regent pijpestelen, jammer, en wat nog meer jammer is, is dat ook aan de andere kant van ’t gebergte het slechte weer blijft aanhouden.

Op goed geluk af rijdt koen de grote stad door en vindt de grote camping, die we gelukkig helemaal voor ons alleen hebben. 

Zaterdag 4 Augustus 2007, naar Mosselbaai; het St Blaize pad

De tocht van George naar Mosselbaai zit er al snel op. Helaas is de Santos camping in de Bakke gesloten wegens winter. We rijden door het centrum van Mosselbaai naar “The Point”. Een rij prachtig veelkleurig geschilderde Miami achtige huizen, en een vuurtoren. Net naast de parking langs de rotsachtige kust een caravaanpark achter een omheining. Maar waar is de ingang. We rijden tot tweemaal toe fout. En dan raken we eindelijk op de camping. Terwijl Heidie broodjes smeert voor de picnic, komt een zuid-afrikaans stel de camping oprijden om onze antiquiteit te bekijken. Ze weten er bijna meer over dan wijzelf.

Het blijft mooi weer dus beslissen we het St Blaize pad af te wandelen. Het klifpad is hier en daar nog nat en glad van de regen van gisteren maar we raken toch tot aan Pinnacle Point. Vandaar wandelen we tot aan de grote baan waar we een lift naar het begin van het centrum krijgen. Inkopen in de spar, en een toeristisch bezoek aan de Posboom waar een of andere zeevaarder in 1501 een brief achterliet die een jaar later werd opgepikt. We zijn net tegen zonsondergang terug thuis, waar ik wat fotootjes op de laptop dump terwijl Heidie leuke dingen doet.

Zondag 5 Augustus 2007, de boerderij van Dirk Van Papendorp

Net buiten mosselbaai moeten we alweer tanken. Een supervriendelijke bende pompbedienden wast de ramen en poseert op de neus en op het dak van de non voor een GSM kiekje. En dan hop de N2 op, richting Riversdale voor een mexicaans middagmaal in de Saddlers. De man de vuilnisbakken uitpluist is dolgelukkig als hij ons twee dagen oud anijsbrood krijgt (dat we niet zo lekker vinden). Het landbouwlandschap glooit prachtig van de ene heuvel naar de andere. Schapen en koolzaadvelden in bloei. Hier en daar een kudde koeien of struisvogels. Sommige weggebruikers willen onze non forceren om de pechstrook te gaan gebruiken zoals veel truckers hier doen. Maar volgens mij is het hier veel te druk en is de zichtbaarheid door de heuvels te klein om zo’n gevaarlijke (en verboden) spelletjes te spelen.

Tegen een uur of drie hou ik het voor bekeken en rijden we de privé van Emile van Papendorp binnen. We komen na twee kilometer op een zeer proper erf. Heidie klopt aan en we mogen direct kamperen. “Boer” Dirk knapt zijn middaguiltje terwijl wij in een straal van een kilometer of zo rond zijn boerderij dwalen. Wanneer we weer bij de non aanbelanden worden we binnengeroepen voor koffie en thee en typisch zuid-afrikaans beschuit. We maken kennis met een vriendelijke “boerin” (die ook haar eigen slagerijfabriekje runt) en de twee dochters en een prachtig feetje. We moeten de non absoluut wat dichter bij huis parkeren en krijgen elektriciteit en mogen het WC van de slagerij gebruiken.

Maandag 6 Augustus 2007, Swellendam en door de regen naar Stanford

De dochtertjes Vanpapendorp zijn al lang naar school als wij wakker worden. Maar vader en moeder slaan nog een babbeltje en schenken ons Blesbokbiltong en droëwors, salami en roze schellen met olijven van eigen makelij.

We nemen nog een kijkje in de supercleane beenhouwerij-in-werking en in de droogzolder.

Aardige mensen, we hopen jullie ooit nog eens te mogen verwelkomen op de Brugse wateren!!

Een halfuurtje bollen en we zijn in Swellendam, voor de sudafs een “historische stad”, en inderdaad, het is ouder dan koen en ik samen. Het Dhrostys muzeum brengt ons terug in de tijd en vooral de kombuis kan moeder bekoren.

Van het aardige weertje in de ochtend blijft niet veel meer over. Meer nog, het wordt hoe langer hoe slechter. Dus rijden we maar door een mistig bewolkt en grijs regenland tot in Stanford, maar in de ganse Queen Elisabeth street is geen bordje te vinden die ons naar een camping kan leiden. Dus gebruikt Heidie haar charmes en mag van de winkelierster van “Peregrine” hun parking gebruiken en krijgt er nog een groot brood bij; maar toch blijft het regenen.

Dinsdag 7 Augustus 2007, Hermanus: Walvissen en lekke band

Het is druk op het kronkelende teerpad naar Hermanus. Aan de ingang van de stad zien we een kampeerterrein en als Heidie uitstapt om te vragen of ze open zijn ondekt ze een lekkende band. De kampeeruitbater belt naar SupaQuick en een kwartiertje later is de hersteldienst terplaatse. Twee uur later kunnen we naar het stadscentrum doorrijden. We zien er inderdaad meerdere walvissen en dat vlak bij de kust. We maken een tochtje langs het wandelpad ( echt voor woeschies) en Koen slaagt er in  3 projecten uit te voeren alvorens het donker wordt, nl: plassen, een expressotje drinken én een emailtje sturen.

We rijden terug naar de caravanpark. We krijgen de sleutel van de douches en co, en een plaats onder de bomen en.......... dit allemaal voor de prijs van gratis!

In de late namiddagzon maken we een ommetje door “ons” domein: een zo goed als uitgestorven (winter.......) mierennest van woonwagens met voortentjes en achtertentjes en zijkotjes en bijgebouwtjes en koterijen, allemaal heel dicht bij elkaar neergepoot, als semi-permanente vakantiewoningetjes op een hoopje gegooid.  De “doeningetjes” die beneden in de lagune staan, zijn niet meer te bereiken want het heeft zéér veel geregend en het hele zooitje staat onder water. In een week tijd is de droge lege lagune, van een vijftien kilometer lang, volgelopen. Met natte en modderige voeten komen we terug bij de non.

Woensdag 8 Augustus 2007, Gordon’s Bay

We bedanken de zeer vriendelijke kampmanager en verlaten Hermanus maar niet de kust. De weg voert ons langs baaien en klippen via poepsjieke en midden gegoede vakantiewoningen naar Betty’s Bay. Eenmaal we in False Bay aankomen zien we in de verte Kaap de Goede Hoop en het ganse kaapschierland aan de andere kant van de grote baai. De weg naar Gordon’s Baai is in de rotswand uitgehakt. Gelukkig zijn er vele toerische parkingetjes langs de weg zodat ik mooie fotoos kan nemen van dit prachtig trajekt. De prachtig gelegen kamping van Kogelbaai is helaas gesloten. De grote parking aan het strand van Gordon’s Bay is vrijwel leeg zodat we er onze non gemakkelijk kwijt kunnen terwijl Heidie naar een kamping gaat informeren. De dame in het toeristisch informatie bureau is een vervangster en kent haar stad helemaal niet. Heidie krijgt alleen een kaartje in haar handen gestopt. We rijden Gordon’s Bay uit richting Strand. Onderweg een bordje naar Harmony Caravaanpark. Aan de slagboom doet een security-dame een verwarde uitleg. Een security man komt uitleggen dat het caravaanpark wel niet gesloten is maar dat we een “appointment” hadden moeten maken met de manager. Een derde man komt erbij kijken. We mogen de campsite niet op wegens te gevaarlijk maar mogen wel op de parking voor de camping parkeren, op 50 meter van het huisje van de security dat de ganse nacht bevolkt is. We maken nog een korte wandeling naar de pier waar een vriendelijke zwarte visser ons aanspreekt. De walvissen zijn nog niet aangekomen in False Bay maar worden elke dag verwacht.

Donderdag 9 augustus 2007, Stellenbosch

Vandaag willen we Mark, Ruth, Zack en Noah ontmoeten, maar waar? We rijden naar Stellenbosch, het hart van de kaapse wijnstreek, dat een beetje in de richting van Kaapstad ligt. We mogen gelukkig voor het toerischtisch informatiecentrum parkeren want alle parkings in dit toeristische historische stadje (gesticht in 1680 door boeren uit Kaapstad die op zoek waren naar meer landbouwgrond) zijn op automaat gemaakt.

In het Fadango winkelcentrum vinden we een hip internetcafé dat meer café dan internet is. We hebben geen mail ontvangen van Mark waar hij ons wil ontmoeten deze namiddag. We wandelen terug naar de non en proberen zijn engelse GSM te bellen: een antwoord apparaat. Een SMS dan maar... Terwijl we middagmalen in de non krijgen we gelukkig een SMS terug dat ze in de omgeving van Durbanville zijn. Tien minuten later belt hij om te vragen waar we zijn. Een kwartier later staat het ganse londons gezin naast hun nieuwe truck te waww greaten. Carlo hun kaapse kennis nodigt ons uit om vanavond ook bij hem thuis in Durbanville te logeren. We maken nog een mooie wandeling in Stellenbosch en rijden dan naar Durbanville.

Vrijdag 10 augustus 2007

Na het late ontbijtje in de keuken, laden de londenaars twee of drie tassen in en laten wij een eerste zak spullen achter in Durbanville. Mark rijdt een rondje of twee door de woonwijk met de low gear versnellingen, alles in slow motion dus vooralleer we vertrekken richting Langebaan. Ik rij de non stad uit, en dan begint het alsmaar harder te regenen zodat ik het gezien de beperkte zichtbaarheid niet verstandig vind om Mark te laten rijden. We komen vier uur later in Langebaan aan. Op de gemeentelijk camping krijgt Mark een lange briefing over snifjes en snufjes, ditjes en datjes, knopjes en hendeltjes, leidingen, darmpjes en draadjes. Tussen twee regenbuien zetten we de daktent met de grote V van “front” op. De Chitty’s slapen binnen, De Vaere’s trotseren de regen in de daktent.

Zaterdag 11 augustus 2007

Na het late ontbijt en wat gebabbel over MAN techniek anno 1965 wil ik met Mark wat maneuvers doen op het vrijwel lege kampeerterrein. Maar de boys willen naar het twintig kilometer verder gelegen fossil-park dat gesloten blijkt te zijn. Chauffeur Mark overleeft de rit maar het oprijden van onze zelfde kampeerplek is zijn eerste maneuver. En hij scoort meteen 500 punten: een gesneuvelde waterkraan en een fontein op het midden van de kamping. Ik voltooi het maneuver en we graven de leiding uit. Onze buren zuid-afrikanen komen ons ter hulp om de fontein te stoppen. Er volgt een avond met zuid-afrikaanse wijn, medisch advies van oude rotten in het vak aan de spiksplinternieuwe “wereldreizigers”, en te veel technisch gebabbel.

Mark leest in Harry Potter  Zes tot  1u30 ’s nachts....  those weird english people.

Zondag 12 augustus 2007

Ja de Chitty family is ook lekker lui. Zodat het middag is wanneer de motor van hun Truck eindelijk aanslaat om ons richting Durbanville te brengen. De camping manager maakt gelukkig geen problemen rond de afgebroken waterkraan. Na 100 km maken we een pitsstop om de vuilwatertank te legen. En 10 km verder stoppen we voor een sandwich, het is ondertussen al een uur of drie.

Rond vijf uur staat de non weer voor de deur van Carlo en Liesel, na een bijna ongelukje in Durbanville-centrum als Mark zich van versnelling vergist en de kamion even achteruit rijdt aan de lichten (the robots voor de Suurdafs)..

Carlo is druk aan het braaien terwijl wij onze laatste bezittingen uit de non inpakken. Na het avondmaal overloop ik met Mark nog een onderhouds en controleschema voor de 42 jarige. Mark, de softwareman, krijgt een groot hoofd van zoveel mechanische kennis maar blijft dapper notities maken tot de in de prijs inbegrepen instructeurstijd op is en we afscheid nemen en slapen gaan.

Maandag 13 augustus 2007, vlucht SA 262 van CPT naar FRA

Om 4u30 loopt de wekker af. Een potje koffie. De Jeep jeep in naar de luchthaven. Dank u wel Carlo. We krijgen zetels 37A en 37C. Rands worden Euros. Met de laatste klutters een heerlijke dubbele expresso. De piloot maakt een mooi bocht langs de tafelberg, zodat we het Victoria en Albert waterfront toch te zien krijgen vlak voor zonsopgang. We vliegen over Robbeneiland en dan zee en wolken voor een paar duizend kilometer.

Dinsdag 14 augustus 2007, Zaventem, Brussel en Brugge

De Lufthanza vlucht uit Frankfurt heeft meer dan een half uur vertraging. Gelukkig gebeurd de bagageafhandeling in Zaventem bijzonder vlot zodat we toch nog de laatste trein naar Brugge kunnen nemen: "een speciaal treintje" volgens de Brugse conducteur.