Pisterijden


Waw great, wij hebben een 4x4.

Het is weliswaar geen Freelander, geen Porche Cayenne of geen Range Rover, maar een stuk echt antiek uit 1965. We kunnen er dus ook echt off-road mee rijden. Maar hier in Kenya is dit helemaal niet nodig. In de eerste week deden we een testrit in het Shimba-Hills National Park, waar de parkwegen eigenlijk niet voor vrachtwagens waren gemaakt, maar de paden binnen het park wel goed onderhouden, ten behoeve van de rijke kusttourist, die ook wel een Safari wil meepikken tussen het zonnen, zeeën en stranden door. De tourist die naar Lamu wil is echter ofwel rijk genoeg om het vliegtuig te nemen, ofwel avontuurlijk genoeg om zich in de lokale bus door elkaar te laten schudden. Wij reden echter zelf naar Lamu. We bleven lekker op de hoofdbaan van Malindi naar Mokowe. Vierentwintig kilometer na de brug over de Tanarivier hielden de Chinese wegenbouwers het voor bekeken omdat een of andere Keniaanse minister of ambtenaar het geld voor de nieuwe weg beter kon gebruiken, of gewoon liet verdwijnen. Na 15 kilometer piste hield de chauffeur het voor bekeken en gingen we schuilen in Katsaka Kaïro (zie dagboek) De volgende dag hield de vrachtwagen het na 40 km voor bekeken met een gebroken ophanging van het servotankje en een olielek door een rubberleiding die tussen de cabine en het motorblok gesmeierd werd tijdens een harde boenk. Ook een robuste 4x4 kan dus wel last hebben van wat piste rijden.

De terugkeer van Lamu verliep iets voorspoediger dankzij een wonderbaarlijk leerproces. De chauffeur leerde langzamerhand het verschil tussen bruin, bruin en bruin. Elke tint van bruin krijgt op de piste een bijzondere betekenis die zorgvuldig moet worden geïnterpreteerd, en dat vergt een zeker leerproces. Een schakering in het bruine bruin van de weg kan betekenen dat er daar meer voertuigen hebben gereden, maar kan ook de schaduw zijn van één of andere putje, put of gigantisch gat. Elke betekenis van het bruin vraagt de juiste reactie. Het stuur is de meest geschikte mannier om het juiste trajekt op de soms vrij brede baan te kiezen. Het juiste trajekt is enkel juist als dit zowel voor het linker als voor het rechter wiel geldt. Bij ruim stuurwerk moet dan ook nog worden nagedacht of de achterwielen wel het trajekt van de voorwielen zullen volgen, wat zeker niet steeds zo is. Een MAN LA630 met twee voorwielen op verschillende hoogte is niet zo problematisch, dankzij de extreem flexibele voorophanging; de vering van de achteras is echter veel stugger waardoor twee achterwielen op verschillende hoogte de wooncabine onmiddellijk doen overhellen: heen en weer terug (als alles goedgaat). Wanneer de snelheid van de vrachtwagen echter te hoog is in verhouding met de diepte en de helling van de putrand, dan krijgen we een dynamisch effect. Bij de voorwielen betekend dit dat de cabine lager wil dan wat de veren toelaten waardoor de bikkelharde rubberblokken worden samengeklopt en de inzittende dooreen (worden geklopt). Bij de achterwielen betekend dit meestal dat de achteras een vrolijk sprongetje maakt, ten gevolge van een of andere inertiewet. De inhoud van onze wooncabine is echter ook onderhavig aan deze af te schaffen wet waardoor we op weg naar Lamu het overlijden van én het laatste wijnglas én het laatste bierglas te betreuren viel. (deze diepbetreurde glazen werden in Mokowe vervangen door twee dikwandige bierglazen rechtstreeks uit een duits bierhol geimporteerd voor hamsini-hamsini shilling). De puinhoop die hiervan het gevolg is, kan gedenkwaardig zijn.

Bruin, bruin en bruin dus, we leren snel de subtiele verschillen (moet wel). Maar helaas op de middag wordt de zon te fel en moet de zonnebril op. Het bruin verandert weer, de contrasten en de schakeringen, het leerproces kan herbeginnen. En ondergrond met een lichtverschillende grondsoort, de schaduw van de bomen.....

De weg van Garsen naar Hola is echter nog een geval appart. Vijf jaar geleden zijn de Chineese wegenbouwers aan een nieuwe asfalt begonnen maar vijf jaar geleden zijn er ook mee gestopt omdat het voorziene geld ergens was zoek geraakt. het gevolg hiervan is dat het trajekt van de weg zelf niet meer bruikbaar is. Er zijn immers om de paar honderd meter duikers gebouwd die ooit onder de nieuwe weg moeten geraken maar nu als machtige 'Gendarmes Couchants' (semi-intellectuele verkeersdrempels) een bizarre afwisseling vormen met het door de Chinezen opengewoeld wegdek. De piste veranderd af en toe in een brede drievaksbaan waar de baanvakken als verwarde spaghettislierten dooreengeweven zijn. Twee van die drie 'baanvakken' verdwijnen dan even naast de 'Gendarmes Couchant' om even later bultig naar het hooftrajekt terug te keren.

Het stof dat men zelf maakt blijft meestal achter de vrachtwagen hangen, maar daar waar men afremt om door een gigantisch gat te waggelen haalt het de vrachtwagen in en omvloerst het gat met een idylische waas. Het stof dat de andere vrachtwagens maken (dit immers de hoofdweg Mombasa-Garissa) en dat van de supersnelle bussen is een welkom bewijs dat de weg iets verder ook nog bestaat, en bevestigt ons telkens weer dat dit geen echt lineair maanlandschap is maar gewoon de Keniaanse B8.

Een wijze raad voor zij die echt 4x4 willen rijden: "leer uw bruinen".