zesentwintigste week

Mammalapuram, vrijdag 28 december

Hartelijk gefiliciteerd aan alle onnozele kinderen.

Naas gaat naar de German Bakery om de hoek en brengt croissants, kaneelrollen en een soort piccolo's mee. Na al het sponsig indisch fabrieksbrood een heerlijke afwisseling.

Barbara en Naas gaan internetten (om de hoek!) en komen terug met het nieuws dat onze site bezoekers deze week 95 bezoekers kreeg uit belgië, amerika, maleisië, hong kong en chennai.

Piet maakt rekentaken (eerst wat tegen zijn zin) om toch enige vaardigheid te behouden. Volgend jaar zal het tweede leerjaar worden want we krijgen hem niet gemotiveerd om voldoende te werken. In het begin van de reis deden we nog elke dag wat tafeloefeningen maar gezien zijn gebrek aan motivatie is dit verwaterd, studeren op reis is zoals verwacht niet zo evident met alle andere gebeurtenissen om ons heen. Gelukkig leest hij graag zodat zijn lezen er zeer goed op vooruit gegaan is (hij leest af en toe voor uit een boek voor Sofie). Schrijven blijkt echter een probleem te zijn.

Om ons heen horen we overal de steenkappers bezig, overal in Mammalapuram vindt men ze bezig (met honderden dus), sommigen werken aan levensgrote beelden anderen hakken kleine beeldjes en sieraden voor de toeristen.

's Middag gaan we eten op het dak van een hotelletje waar enkele nepali een hoofdzakelijk italiaans restaurant uitbaten. Naas koos dit restaurantje uit omdat er uitzicht was op de ganse stad (hier is ook de german bakery waar hij deze morgen croissants kwam halen) maar eigenlijk kan je er maar één halve straat zien. Blijkbaar zijn de indiërs echt niet geïnteresseerd om westers getinte restaurants op te zetten ook al kunnen ze er goed geld mee verdienen. De meeste restaurants met westers voedsel in Indië worden dan ook door buitenlanders uitgebaat, waar de nepali het duidelijkst aanwezig zijn. We eten er echte lasagna.

Als we weer aan de non komen hangt er een briefje van de nederlanders met de landrover (Peter en Marie), ze komen vanavond tegen acht uur nog eens langs.

Om de muggen te ontvluchten gaat Barbara met mij mee naar het rotsmassief naast het dorp waar de meeste tempels liggen. Het is een mooie wandeling en het zicht op het landschap vol rijstvelden is prachtig vanop de rotsen. De tempels zijn mooi maar na zoveel oude indische tempels kunnen we nog nauwelijks echt interesse opbrengen; we zijn dus duidelijk overtempeld. Barbara ontdekt twee piepkleine geitje die maar een uur geleden geboren zijn. We zien ook twee autobussen vol in het rood geklede indiërs die de tempels bezoeken, niet echt in uniform maar toch allemaal in dezelfde kleur gekleed, zowel mannen als vrouwen. Deze groep heeft ons tempelbezoek de nodige kleur, we kijken meer naar hen (en de vele aapjes die hier rondslingeren) dan naar de tempels. Vanop de hoogste tempel hebben we zicht op de ganse omgeving die in het zuiden fel wordt gestoord door een echte kerncentrale.

Tegen acht uur komen Marie en Peter inderdaad op bezoek. Ze reden ongeveer hetzelfde traject als wij en zijn van plan om ook langs deze weg terug te keren. De grens tussen Iran en Pakistan blijkt weer te zijn geopend maar nu is er vrees dat sinds het oplaaien van de koude oorlog tussen India en Pakistan deze grensovergang (en vooral de visa) een probleem zou kunnen zijn. Marie en Peter blijven enkele uren babbelen en de poorten zijn al "gesloten" als ze weer naar hun hotelletje willen.

Naar Aurovillezaterdag 29 december

Marie en Peter waren in Auroville en zeggen dat het daar rustig is en dat er veel plaats is om te kamperen, dus allen daarheen. De vrachtwagen lekt weer veel olie en dit probeer ik op te lossen vooralleer we naar Pondicherry vertrekken. De hoofdoliefilter lekt sinds hij werd gekuisd in Chennai, ik denk dat de pakking kapot is maar bij nader inzien blijkt dat de vierde bout gewoon ontbreekt. De vriendelijk mecanicientjes hebben niet gezegd dat ze een bout kwijt waren en dit waarschijnlijk om mij niet te ontgoochelen (dit blijkt een typisch indische eigenschap te zijn). Na een kwartiertje zit er een nieuwe bout in en is het lekken verholpen.

Toch is het ondertussen al middag geworden en eten we eerst nog vooralleer te vertrekken.

De kustweg naar Pondicherry is prachtig. Links af en toe de zee en rechts eveneens veel wate. Onderwater gezette velden in afwachting van de volgende rijstoogst, een rij vrouwen tot aan de knieën in het modderige water die bezig zijn de rijstplantjes één voor één te poten, af en toe ook al de lichtgroene velden met jonge rijstplantjes. Iets verder blijken de ondergelopen velden geen rijstvelden maar zoutpannen te zijn. Het verschil tussen zout en zoet water is nauwelijks te merken maar de reusachtige bergen die met palmbladen zijn afgedekt blijken zoutbergen te zijn. De palmbomen zijn hier van een andere soort met rechtopstaande waaiervormige bladen. Tussen de weg en de zee zien we ook veel aangeplante dennebossen waarvan sommige percelen volledig met de hand worden gekapt, we zien er weer de typische kokostenten die met een blauw of geel plastiek zijn overspannen waar de houthakkers met hun familie wonen.

Auroville zelf blijkt inderdaad een jong bos te zijn. Alle bomen hier werden sinds het ontstaan van Auroville in 1968 aangepland. We vinden vrij vlot het visitors center waar lange rijen indiers staan te wachten om een pasje te krijgen om het hart van Auroville te bezoeken. Dit hart is de Matrimandir een tempel die het "divine consciouness" moet symboliseren. In het centrum van de Matrimandir staat een glazen bol (de grootste ter wereld, geslepen door Zeiss). De "inner chambre" is het meditatiecentrum voor de Aurovilianen maar om de bezoekende Indiërs stil te houden moeten draconische maatregelen worden genomen. De bezoekers worden echt als schoolkinderen behandeld en moeten tweemaal in de rij staan voor een pas. Het kristal is enkel te bezoeken tussen 16u en 16u30. Deze absurde regeling staat in schril contrast met het basisidee van Auroville: een minimum aantal reglementeringen.

In plaats van ook in de rij te gaan staan bezoeken we het visitors center waar we wat meer informatie krijgen over het doel en het onstaan van Auroville. Sinds begin 1900 bestaat er in Pondicherry (op 10 km hiervandaan) een Ashram van Sri Aurobinde, de geestelijk vader van de Aurovillianen. Zijn fylosofie (die volgens de aurovillianen geen fylosofie is) bestaat vooral uit het idee dat het menselijk ras moet en zal verder evolueren naar een nieuw ras die in staat is op ideale mannier samen te leven: "Het supramentale ras". Sri Aurobinde werd opgevolgd door "the Mother" (geboren in Parijs). The Mother stichtte Auroville als internationale stad in 1968. In Auroville moet er volgens het charter permanent worden gewerkt aan het supramentale ras, hiervoor moet de Aurovillianen los komen van hun geest en al het materiele.

Dit basisidee boeit mij wel en het boeit mij nog meer om te zien wat men hiervan heeft terecht gebracht naar dertig jaar. Dus proberen we enkele Aurovillianen te ontmoeten. Een nederlander die de bezoekerspasjes uitschrijft heeft mij al een introductie. Hij woont hier al zes of zeven jaar en heeft plannen om Auroville te verlaten. Volgens hem is het hier gewoon een andere plaats om te leven, en discussieren de werkgroepen er maar op los met meer conflicten dan oplossingen. De beslissingsorganen zijn na dertig jaar nog steeds in volle groei, hier is immers nog geen politiek en er is ook geen leider of geen bestuur of regering. Onze eerste Aurovilliaan is dus eerder een ontgoochelde idealist. Hij bezorgd ons een telefoonnummer van een belgisch gezin met kinderen dat in Auroville woont. We bellen ze maar het zoontje brak zonet zijn teen bij het voetballen, en een bezoek aan het ziekenhuis neemt hier veel meer tijd in beslag dan de Brugse spoedgevallen.

Daarna gaan we shoppen in een winkel waar ze de artisanale producten verkopen die hier in Auroville worden gemaakt. Barbara raakt er aan de praat met een nederlandse familie die in Bangalore wonen. Ze hebben drie kinderen: Anouk 10 jaar, en Jorian en Jannick (een tweeling) 4jaar . Michiel werkte vroeger voor de UN maar is nu werkloos na een minder geslaagd experiment met een cocospulpfabriek. Joos is druk op zoek naar inkomsten voor het gezin en verkoopt nu op zeer kleine schaal speeldeeg maar is eigenlijk op zoek om indische producten te exporteren.We eten samen in de cafetaria van het visitors center, en spreken af om morgen samen naar de zee te gaan.

Auroville, zondag 30 december

We hebben gisteren een afspraak gemaakt met de hollanders (Joos, Michiel en kinderen) , zij zullen komen om tien uur en ja om tien uur staan ze voor onze non.

Ik ga op zoek naar fietsen om eventueel allen samen naar de zee te fietsen (6 km). Ik wordt verwezen naar de central Guest House waar er inderdaad een massa fietsen staan, maar volgens de uitbaatster zijn ze allemaal defect. Ik wordt er erg ongeïnteresseerd en onvriendelijk behandeld, de ideale sociale samenleving dus.

We beslissen om te gaan thee drinken naar de een gasthuis die gerund word door een hollandse, die Joos al eens emailde. Als we daar na twintig minuten stappen aankomen blijken ze daar helamaal niet vriendelijk te zijn en alleen maar water te hebben. Als we daar weggestuurd worden (de ideale samenleving dus).gaan we maar terug naar de non. Daarna gaan we met de auto naar "new creatation corner". Omdat er geen plaats genoeg is in de auto gaan naas en papa met de mini fietsen. In new creation blijken 3 van de 6 gerechten op de menu kaart op en dus wordt het voor Joos, Michiel, papa Koen , mama heidie en mij weer candelone, voor Naas en Piet chicken byrinani en voor Anouk, Yanick en Yorian worteltjesrijst. De candelone ziet er niet zo verzorgt uit als in het gisteren en er zitten rode mieren op het brood. Als dessert eten we een ijsje. Na het eten gaan we naar de ZEE.

Ook hier zijn er reuze grote golven en reuze veel stroming en dus mogen piet en sofie niet alleen in de zee. Sofie en piet spelen mooi met Yorian en Yanick in het zand. Na een uurtje zand spelen willen piet en sofie ook de zee in. Sofie mag als eerste mee met papa de zee in. Sofie vind het énig. Papa gooit haar over de grote golven en dat is natuurlijk hartstikke leuk, jong. Sofie moet nu uit de zee zodat piet ook een keer kan zwemmen. Sofie heeft veel verdriet want het was zo leuk in de zee en ze wou dat ze altijd met papa kon gaan zwemmen. Als tegen vijf uur piet te koud krijgt (het is maar 25°) en Sofie moe wordt besluiten we om terug te gaan naar de non.

Sofie wordt vlug gewassen en in bed gestoken, We besluiten om te gaan eten in de cafetaria van het visitors center. Piet wil liever gaan slapen maar eest wil hij speciaal eitje eten Mama heef geen honger en blijft dus in de non om voor Piet een speciaal eitje te maken. In het restaurant eten we eerst bloemkoolsoep en daarna papa en ik tofu lasagne met salade, Naas fishcake met pureepatjes en de hollanders ook tofu lasagne met sla. Anouk en ik brengen mama heidie nog een kom soep tewijl de "grote" mensen nog een beetje babbelen. Daarna gaan wij naar de non en de holanders naar hun hotel gaan slapen, ze willen ons morgen terug komen bezoeken, we spreken af van te bellen.

Auroville, maandag 31 december

Een vriendelijk Aurovilliaan (een amerikaan of canadees met een oekraïnse vrouw), nodigt ons uit op de ponyfarm. Volgens de telefoon zijn de plannen voor onze verscheping in Chennai nog niet veranderd, Michiel en Joos zijn niet meer op hun hotel en ik laat een bericht achter dat we hen om 18 uur verwachten om samen te gaan eten. Kort na de middag slaag ik erin Goedele en Benny (de belgische Aurovillianen) te bereiken en spreken we af hen om 16uur te bezoeken bij hen thuis in "Serrender".

Met Barbara en Naas ga ik naar een video over Auroville kijken. In 1968 was het hier vrijwel een woestijn, nu is het een bos, ook de erosie werd hier vrijwel volledig gestopt. Er werd veel vooruitgang gemaakt op het gebied van hernieuwbare energie, windmolens vele zonnepannelen en ook een echte "Solar Kitchen" waar ze stoom produceren met een enorm grote paraboolspiegel. Er leven nu 1700 Aurovillianen waarvan één derde indiërs waarvan ongeveer 300 mensen uit de omringende dorpen. De meeste Aurovillianen zijn fransen en duitsers.

Onderweg (pa met zijn vier kinderen, want ma is geveld door het voedsel van "new creation") naar "Serrender" willen we nog de Matrimandir tuinen bezoeken, maar nu staan de rijen indiërs er weer om de "inner chambre" te bezoeken en mogen we de tuinen niet binnen. Het is een mooie wandeling naar "Serrender" waar we vriendelijk worden ontvangen door Goedele, Benny en hun 3 kinderen. Naas, Piet en Sofie verdwijnen naar de trampoline in de gemeenschappelijk tuin. Barbara praat met Inge (13 jaar) en Goedele en Benny vertellen hun verhaal en luisteren naar het onze. Tot voor twee jaar hadden ze een geiteboederij in Frankrijk maar de strengere regels van de gezondheidsinspectie verplichtten hen te investeren en dus moesten ze uitbereiden maar dat wilden ze liever niet. Ze kennen de geschriften van Sri Aurobinde en the mother en beslisten hun boerderij te verkopen en naar India te komen. Ze wonen hier nu twee jaar en vinden dus wel dat ze hier gewoon bezig zijn met het dagelijkse leven en dat er weinig tijd overblijft om actief bezig te zijn met de toekomst van Auroville. Benny maakt de kaas van Auroville. De zomers in april en mei zijn hier zo heet dat men zeer weinig energie overhoud, als er geen electriciteit meer is om de ventilatoren te doen draaien kun je ook niet meer slapen van de hitte. Vele Aurovillianen worden na enkele jaren ziek omdat hun lichaam zich niet kan aanpassen aan het klimaat. Er wonen hier ook veel mensen die niets bijdragen aan het leven in Auroville maar gewoon betalen om Aurovilliaan te zijn en dus geen gemeensschapswerk doen. De realisatie van een samenleving zonder geld lukt dus niet zo goed. Mensen die hun eigen huis kunnen kopen worden snel aanvaard als Aurovilliaan, zij die het niet kunnen betalen staan op een lange wachtlijst. Sommige Aurovillianen gaan in de warmste maanden gewoon naar Europa om wat extra geld te verdienen om wat langer in Auroville te kunnen luieren. Niettegenstaande dit alle vinden Goedele en Benny Auroville toch wel een leuke plaats om te wonen, ook al is het iets minder ideaal dan volgens het charter.

Ook tijdens onze terugtocht mogen we niet binnen in de Matrimandir gardens (the rules!!). Het is donker als we terug aan de kamion komen en de nederlandse familie zit aan de tafel terwijl de zieke mama Heidie probeert te rusten. Joos begrijpt blijkbaar niet dat Heidie rust nodigt heeft en blijft maar doorratelen, met elf in de non is het verschrikkelijk, vreselijk, formidastisch druk, Naas vlucht naar een daktent. Ik probeer zo snel mogelijk te vertrekken om te gaan eten, maar de cafetaria is gesloten. Joos wil terug naar New Creations gaan eten, maar gezien Heidie ziek is sinds onze maaltijd aldaar en Barbara's maag ook wat overhoop ligt besluit Barbara om niet in New Creations te eten en sluit ik me daarbij aan. Piet en Sofie zijn al snel gedouched en te bed. Naas blijft ook thuis. Dus gaan enkel Barbara en ik mee in het autotje van Michiel en Joos. Michiel stelt voor om naar het derde restaurant van Auroville te gaan: Roma. In Roma staat een oudejaarsbuffet klaar die er volgens de menukaart wel aantrekkelijk uit ziet, maar pas om 20 uur zal beginnen, De tafels zijn mooi gedekt en er branden v ele kleine lichtjes die het wel gezellig maken. Barbara en ik zien het hier wel zitten, Anoek en Michiel ook, maar moeder Joos wil absoluut dat de tweeling rijst gaat eten. Terwijl de obers een extra tafel voor zeven klaarmaken (alle andere tafels zijn gereserveerd) belt Joos naar om te kijken of een afspraak die ze om 21u30 hadden kan verlaat worden. Joos wil, zonder navraag te doen of ze hier in Roma al dan niet rijst hebben, op en af rijden naar "New Creations" om de tweeling rijst te laten eten. Na wat gepallaver rijden we jammergenoeg terug naar "New Creations" omdat de tweeling volgens Joos dringend rijst moet eten ; "New Creations" waar er vanavond geen rijst is voor de tweeling. Ik laat me met Barbara door Michiel terug voeren naar de kamion waar we een blik ravioli openmaken, en vertellen over de bizarre gebeurtenissen (zonder rijst) van deze oudejaarsavond.

Terug naar Chennai, dinsdag 1 januari

Inderdaad op 1 januari is de bakkerij van Auroville gesloten, geen heerlijke croissants en geen heerlijke chocoladekoeken, helaas driewerf helaas. Het niet commerciele van Auroville is hier duidelijjk: dus geen lekkers op een feestdag.

De matrimandir is nog in aanbouw (maar bijna voltooid) en matrimandir tuinen zijn in aanleg, toch is het bezoek de moeite waard. Het hart van Auroville wordt duidelijk iets speciaals de bolle 'tempel' is bekleed met goudkleurige schotels en ziet er nogal futuristisch uit. Nu ligt de matrimandir nog midden in de bossen, maar ooit moet dit het centrum worden van een stad met 50.000 Aurovilianen.

Vooralleer de terugweg naar Chennai aan te vatten bel ik nog even naar mr. Ramesh die onze non zal verschepen: de timing is nog steeds dezelfde de non zal zondag uit de haven vertrekken.

Voor het eerst op onze reis keren we 150 km terug op onze stappen over dezelfde goede weg waarover we gekomen zijn: de zee, palmbomen, zoutpannen, rijstvelden, en overal vers op de weg geschilderd, in grote letters: HAPPY NEWYEAR 2002. Rond kwart voor één zijn we terug ter hoogte van Mammalapuram en stelt Barbara voor om daar te gaan eten. We kiezen voor Moonrakers waar en bestellen weer een grote vis zoals enkele dagen terug. Ditmaal voor vijf in plaats van zes personen want Heidie's maag is nog niet in orde, zij blijft rustig in de kamion. We zien Marie en Peter (met de landrover 109) terug, kopen lekker brood, croissants en twee nieuwe broeken voor Barbara en gaan weer op weg naar Chennai.

De dieselmeter staat op L (een duitse afkorting) en we tanken 20 liter want de tank moet leeg zijn voor de verscheping. Een uur later zijn we weer op de parking van het Youth Hostel. Alhoewel dit niet de beste kampeerplaats is die we op deze reis gebruikten, is het toch een nieuwe gewaarwording om aan te komen op een plaats die we reeds kennen, en dit voor het eerst sinds zes maanden. Tenten opzetten en internetten (met de zeer goede verbinding van iZenn).

In de supermarkt krijg ik een fles cola voor onze nieuwjaar, de kassiersters vragen waar Sofie is, maar die slaapt al.

Chennai, woensdag 2 januari

De bus van Indira Nagar in het zuiden van Chennai naar George Town aan de haven begin ik stilaan te kennen. Tegen 11 uur ben ik om het kantoor van World Freight Systems, waar we een uur vertellen over koeitjes en kalfjes samen met een andere rijke indische klant, die ook landlord blijkt te zijn. Hij is vooral geïnteresseerd in het sociale leven in Europa. Hij zou ook graag reizen, en heeft er ook het nodige geld voor, maar het kan volgens hem niet onwille van zijn godsdienst waar de plaats van elk individu nauw omlijnd is. Hij kan niet zomaar gaan reizen zonder zijn uitgebreide familie mee te nemen en reist dus niet. Zijn dochter werkte zes maanden voor Sabena als 'chief flight attendant' op de vlucht Brussels-Chennai en woont nu in California. Zelfs het feit dat hij zijn dochter toeliet deze goedbetaalde job te aanvaarden werd in de familie niet in dank afgenomen. Hijzelf heeft nooit geprofiteerd van voordelen die ouders van Sabenapersoneel hebben omdat dit sociaal niet kon. Afin eigenlijk ben ik in dit kantoor om de verscheping van onze kamion te regelen maar dat blijkt bijzaak te zijn. Er wordt een faktuur gemaakt en ik moet twee brieven ondertekenen waar ik de firma World Freight Systems de opdracht geef om de verscheping en de dedouanering voor mij te regelen. Eén brief in drie exemplaren de andere in zes exemplaren!

Na de negen handtekeningen ga ik eten, geld halen en nog een draagtas met slotjes kopen. Tegen 13u3O ben ik weer op het kantoor en ga met twee personeelsleden van World Freight System naar het vijf verdiepingen tellende "customs house". Dit is werkelijk een dantesk gebouw vol ijverige douaneambtenaren. De organisatie is blijkbaar zo opgebouwd dat er zoveel mogelijk ambtenaren nodig zijn. Alhoewel iederen naarstig verder werkt is de efficientie bijzonder laag. Het is mij helemaal niet duidelijk wat ik nu precies doe in dit gebouw, buiten het aandachtig bestuderen van een prachtig administratieve machine die zichzelf in stand houdt. We bezoeken enkele kantoren op de eerste, derde en tweede en daarna weer eerste verdieping. Ik sta leuk te staan achter de twee indiers die onze zaak behartigen, door alsmaar te praten zonder dat ik er maar iets begrijp. Wel begrijp ik dat elke ambtenaar enkele roepies krijgt toegestopt in evenredigheid met zijn rang binnen de douane. De twee indiers zijn duidelijk fier dat ze alle formaliteit zullen klaren binnen één namiddag. De narcotica brigade krijgt een bezoek en er wordt een afspraak gemaakt met een douanier die morgen om één uur onze vrachtwagen zal inspecteren, maar eerst moet er voor hem in een ander kantoor een autorisation versierd worden om het douanegebouw te verlaten. Uiteindelijk wordt er een echt dossier aangelegd voor het exporteren van onze truck. Het bevat reeds meer dan twintig bladzijden dus dat ziet er goed uit. Een douanier begint eerst de kaft vol te schrijven met alle gegevens die in het dossier zitten. Daarna neemt hij een maagdelijk wit blad en het vorige dossier (2001/16). Hij schrijfft het witte blad vol met mooie engelse volzinnen die beschrijven wat er gaat gebeuren: wie welk voertuig met welke carnet van welke datum geldig tot welke andere datum door welke firma met welk registratienummer naar welke haven in welk land wil verschepen volgens welke formaliteiten,..... enz. Daarna moeten een aantal registers worden volgeschreven met dezelfde gegevens, maar elke register moet natuurlijk eerst worden klaargemaakt voor de gegevens van het nieuwe jaar, er moet een tittelblad worden ontworpen volgens de klassiek indische desk top publishing (een zeer boeiende kunst) Na dit tittelblad moeten er natuurlijk nieuwe kolommetjes worden getrokken in het schrift en dit vergt ook heelwat meten en handigheid met het latje. Ons dossier is natuurlijk 2002/1. Tegen zes uur ga ik terug naar het kantoor om af te spreken hoe ik morgen de flatrack zal vinden.

Het is aardig donker als in Indira Nagar aankom. De kinderen bestellen pizza per telefoon, en inderdaad binnen de dertig minuten krijgen we de pizza's in de non afgeleverd. We ruimen nog wat op, verstoppen de waardevolste spullen in de moeilijkst bereikbare hoekjes van de kamion en pakken nog wat in.

Chennai, donderdag 3 januari

Om 7 uur opgestaan om om 12 uur in de haven te zijn. Er moet immers nog heelwat voorbereid worden voor het varen. Alle bederfbare waren zijn reeds uit de schuiven gehaald. Vuil watertank legen, gas en batterijen afkoppelen.... Tegen tien uur zijn we klaar om te vertrekken. Een taxi naar Triplecane is hier niet onmiddellijk beschikbaar dus besluiten we om ons toch met de non in de kleine straatjes van deze oude wijk te wagen. Tegen zowat 10u30 komen we zonder probleem aan in Triplecane, we vinden onmiddellijk het Broadlands Guesthouse waar we niet kunnen parkeren en dus vrijwel de ganse straat blokkeren tijdens het uitladen. De straat is hier te smal om te draaien dus rijd ik door. Honderd meter verderop kom ik vast te zitten, als ik zeld een moto verplaats krijg ik wat lelijke woorden naar het hoofd maar we kunnen toch weer honderd meter verder. Een jong kalf moet vanonder een wiel worden gesleept; weer vijftig meter verder. Hier staat een riksja zonder motor in de weg, eerst moet er nog wat aan gesleuteld worden en dan moet de riksja helemaal de straat worden uitgeduwd want nergers is er plaats om te passeren. Bij het uitrijden van dit smalle straatje rijd ik bijna over een linga die buiten aan een klein tempeltje staat en bijna helemaal onder ons wiel was verdwenen. We hebben nog wat problemen met een richtingsverkeer maar als we eindelijk op de Beach Road zijn teruggeraakt verloopt de rit weer zeer vlot. We zijn reeds om 11u15 aan het douanekantoor. Het draaien van de non neemt een kwartier in beslag en dan blijven we nog een half uur in de zon zweten in dubbele file geparkeerd.

Om kwart voor twaalf komt onze gids van World Freight Systems opdagen en kunnen we naar het Public Bonded Warehouse waar de douane onze vrachtwagen zal komen controleren en waar we de kamion op de flatrack zullen vastmaken. Het is bijna twintig kilometer rijden. We komen er kwart voor één aan.

Het eerste uur gebeurd er niets

, alhoewel het is de moeite om te zien hoe ze met een aftandse TATA kraan de containers op aftandse vrachtwagens laden. Rond drie uur komt de operational manager van World Freight Systems met zijn moto aangereden en wordt de flatrack een halve meter verplaatst. Er worden twee zware metalen platen voor de flatrack gelegd zodat ik de kamion om het 60 centimeter hoge platform kan rijden.

Het volgende uur gebeurd er niets.

Tot uiteindelijk rond vier uur dertig de douane officieren aankomen en de vrachtwagen vluchtig onderzoeken. De douane officier van de narcotica brigade komt zelfs niet tot in de kamion enkel de controle van het chassisnummer blijkt haar te interesseren.

Het volgende uur gebeurd er niets.

Om vijf uur dertig ga ik toch even van mijn neus gaan maken bij de operational manager. Na wat getelefoneer blijkt dat de latching (of is het lashing) firma toch nog van plan is te komen.

Het volgende uur gebeurd er niets.

Uit voorzorgsmaatregel halen we een zaklamp uit de dakbakken en haal ik een goede looplamp boven. En inderdaad als het donker wordt komt een kleine Maruti oprijden, er komen vier mannen uit die een overal aantrekken en in de koffer blijken kabels, links rechts spanners en de nodige klemmen te liggen, lampen hebben ze echter niet. onder het schijnsel van onze looplamp, wordt er vrij snel en efficient tot actie overgegaan. Een half uur later komt er een driewielbromfietser met enkele zware houten balken en een zaagmachine. De lashing-inspector noteerd waar alle kabels zullen worden gespannen. Op mijn vraag worden de bladveren geblokkeerd en de assen en het chassis worden met acht kabels stevig tegen de flat-rack getrokken. Na vier uur stevig doorwerken is de klus geklaard. De baas van de lashing firma (Aqua Base Container Services) brengt ons met zijn Maruti terug in de bewoonde wereld waar we een riksja nemen naar Triplecane op kosten van en begeleid door een man van World Freight Systems (de opmerking "all costs for this shipping included" wordt dus blijkbaar letterlijk genomen).

Om twaalf uur zijn we in Broadlands, en....

... de kamion staat op de flat rack

Hieronder de leugens die Barbara moest schrijven over vandaag:

Papa zet ons met de non af voor de deur van hotel Broadlands en vertrekt daarna naar de haven met Naas.In het hotel verstaan ze niet dat we de rooms nodig hebben die Mister Koen Belgium gerserveerd heeft en willen ons eerst een andere kamer aansmeren. Omdat papa Koen de rooms nog niet gezien heeft wil mama eerst gaan kijken naar de kamers vooralleer ze te aanvaarden. Het zijn twee kamers voor twee personen waar ze nog een bed gaan bijzetten. De ene kamer heeft een badkamer maar kan niet goed verlucht worden want heeft maar een deur en geen ramen. De andere kamer heeft drie ramen en kan dus goed verlucht worden. We besluiten dat mama papa en naas inde kamer met badkamer gaan slapen en piet,sofie en ik in de andere kamer. We raken aan de praat met hollanders die ook in het hotel logeren en gaan zamen met ze eten.

Na het eten gaat Piet meteen aan de slag om zijn kamer gezellig te maken en mama kuist de badkamer. Allé wat je badkamer kan noemen, eerder een vuil kot met douche (stel je maar niet veel van de douche voor) en een wc . Ik ga intenetten (10 rpp/uur) en als ik terug komt heeft piet de kamer heel gezellig gemaakt, hij heeft de beddeb gekuist, de tafel afgekuist en er een tafelkleed op gelegd, de prenten aan de muur gehangen.

Als het tijd is voor Piet en Sofie om te gaan slapen wil sofie liever bij papa en mama slapen, maar als ik zeg dat als ze bij piet slaapt ze dan morgen alleen met piet mag ontbijten in de kamer is het OK. We zetten het ontbijd klaar voor morgen ochtend (cornflakes) en dan gaan Piet en Sofie onder de douche en daarna slapen.

terug naar boven