eenenveertigste week

Naar de Chinese grens, vrijdag 12 april

Van de reporter terplaatse:

De voorbije nacht zat ik uren op de plee. De springrolls en het verse mangosap van gisteren spelen me parten Ook Naas is vandaag een trouwe wc ganger. Barbara voelt haar misselijk. En de lebbetjes? Die weten gelukkig van niets, arme Nicole manifesteert zich als babysit, non-houdster, boodschapper, wasvrouw en noem maar op. Bruno, waar blijf je?

Alsof dat niet genoeg is vraagt ook de non de nodige aandacht. Na een halfuurtje rijden de eerste halte. Er is iets niet in orde met de waterleiding van de motor, maar tot op mijn ziekbed zijn de details niet doorgedrongen. Koen heeft twee flessen drinkwater nodig en een kan en wat later zijn we weer op weg. nvdr: eerst wat lawaai in de motorkap en als we stoppen een fontein uit de koelleiding. Dankzij de koster van Sint Salvator kunnen we dit euvel echter snel verhelpen. Toevallig is er stukje rubberslang mee in de non die ooit in onze donkerblauwe fiat 124 zat die we van die koster kochten. Zowel de bocht in de slang als de diameter passen perfect om de gescheurde darm te vervangen.

Het landschap is fantastisch hier in de bergen. Weelderige plantengroei, theevelden, bananen, riviertjes en natuurlijk de eeuwige rijst. Hier zien de rijstvelden er echter helemaal anders uit, niet langer de grote groene vlakten maar kleine terrasjes met elk hun muurtje om het water erin te houden. Nog slechts enkele kilometers scheidt ons van China; tot groot plezier van Henrietje.

We rijden enkele kilometers verder tot koen in de gaten heeft dat één van de banden zachtjes lost. Aan een benzinestation vlakbij kunnen we stoppen en de band gaat eraf, wordt in een brommerriksja gedropt en vertrekt met twee man, zonder koen, op meg naar een herstellinngsdienst. De garagisten zijn niet behulpzaam bij het afnemen van het wiel, ze zijn ook weinig briendelijk, alleen op geld belust. (De schuld van het toerisme, helaas ?) Terwijl we moeten wachten op de terugkeer van de band en dat kan wel drie uren duren, zorgt Nicole voor de was, geassisteerd door een aanzienlijk aantal kinderen. Het zonnetejj schijnt, er is water om de tanks te vullen, Barbara maakt heerlijk "broodjje tofu" en geloof het op niet, rond kwart na drie zijn we weer op weg.

We rijden naar Cao Lai, aan de Chinese grens, het is een grote stad en houuden even halt om Henri China te laten zien. Koen rijdt een te laag espannen kabel in flarder en wil de schade vergoeden, ze is echter niet te vreden met wat hij biedt en daarom krijgt ze niets. Aangezien we graag voor de avond Sapa willen berieken, nog zo'n 40 km bergop, doen we hier geen inkopen. Na een uurtje rijden door een machtige bergstreek en flink bergop zitten we aan panne nummer drie voor vandaag. Niks aan de hand: een schoup van de ventilator is afgebroken en verdwen, een riem is in flarden, een paar roulementen om zeep, enz, enz... De motor heeft geen koeling meer, maar geen nodd, we kunnen op een brede grasberm naast de zeer rustige weg staan er ijn een paar drankstalletjes in de buurt en rechtover staat een huisje die ons zelfs van electriciteeit kan voorzien. Koen zit met de handen in het haar terwijl de jeugd de tenten opslaat. Tijdens het losmaken van de poelie van de waterpomp breekt koen nog een gietijjzeren stuk ervan en kan er niet om lachen.

Als de kleintjes in bed liggen en het brood op is, zorgt moeder Nicole alweer voor een verassing. "O", hier een beetje verder is er een huis waar zij brood verkopen! In de pikdonkere, maanloze nacht stapot ze met Naas op weg en ze komen terug met een grote zak broodjes. Hoera, we kunnen eten en bovenal, ontbijten morgen. Al vroeg liggen we allen te slapen behalve onze chauffeur die een beetje (veel) ligt te tobben.

Op 12 km van Sa Pa, zaterdag 13 april

Van de reporter terplaatse:

Koen en ik worden gewekt door Sofietje die van boven komt. Ik probeer de achterdeur open te maken maar mer dan drie centimeter lukt niet . Koen zijn bed uit, hij springt langs de zijdeur naar buiten (die vandaag niet in gebruik is omdat hij langs de kant van de weg ligt). De trap achteraan blijjkt naar boven te zijn gekomen of liever, de non is naar beneden gekomen. Even later is hij erg ongelukkig terug binnen. De wet van Murphy. Naast de zes mankementen die moeten hersteld worden, komt er nog een lekke band bovenop en hoewel ik voorstel aan Koen om er eerst eens goed mee te lachen stelt hij dit liever uit tot alles weer hersteld is.

Dus eerst snel een krik onder het traag lossende achterwiel dan een potje koffie en dan de motorkap in. De bouten die de luchtcompressor op hun plaats houden zitten muurvast en het kost mij meer dan een uur, vier blutsen in mijn hand en een half verwrongen pols op drie bouten los te krijgen. De poelie van de waterpomp komt er gelukkig zonder nukken af, zodat ik even later de Minsk van rechtover de deur afhuur voor een dagje. De eigenaar van de moto van russische makelij blijkt een leraar te zijn die graag wat bijverdient en mij naar een werkplaats zal brengen in Loa Cai. Helaas mag Naas niet mee omdat dat zogezegd niet mag van de politie, hoewel je hier niet veel anders ziet dan brommers met véél mensen erop.

Op de rit naar Loa Cai wordt er geen benzine verspilt, de vele kilometers bergaf bolt de Minsk zonder motorlawaai. Het is fris achterop de moto en rugzak met motoronderdelen weegt eigenlijk iets te zwaar. Aan de ingang van Lao Cai stoppen we aan een merkwaardig atelier. Naast de drie draaibanken ligt het atelier vol met een paar ton oud ijzer. Hier en daar staat er nog een laspost, een boorstandaard of snijschijf tussen de rommel zodat er vrijwel niets meer van de vloer te zien is. Er werken een tiental arbeiders zonder enige bescherming. Alleen de lasser heeft een donkere bril waar hij een groot stuk karton van een of ander biermerk rond construeerde. Ik heb vier problemen en vier arbeiders krijgen elk hun opdracht. Eén moet een nieuwe poelie draaien, één last een nieuwe vleugel aan de ventilator, een derde demonteerd de ventilatoras terwijl de vierde gaat winkelen en al na twintig minuten terugkomt met twee nieuwe rollagers en twee nieuwe riemen. De man aan de draaibank heeft echter het meeste werk en er is dan ook tijd om in de stad te gaan eten met mijn chauffeur. Uiteindelijk ben ik om drie uur terug boven bij de kamion, waar ik na een potje koffie onmiddellijk aan de montage van al het nieuwe materiaal begin. Tegen de donker is alles weer gemonteerd maar ik twijfel of ik niets vergeten heb en besluit om er nog een nachtje over te slapen vooralleer de motor te starten. Morgen gaan we naar de zondagsmarkt in Sa Pa en overmorgen moet ik dan nog de band zien te herstellen.

Naar Sa Pa, zondag 14 april

Van de reporter terplaatse:

Gisteren hebben we besloten om vandaag misschien naar Sapa te bussen. Maar in de voormiddag wordt er gelanterfant, gelezen, voorgelezen, gespeeld, gecomputerd en bovenal gezellig geontbijt. Om half twaalf als de hele bende aangekleed en gesandaald is houden we een voorbijsjokkende bus staande en gezwind springt iedereen, behalve ik, de bus op. Ondertussen waren er al vier "mootoobie" gestopt om allen 12 km naar Sapa te taxien aan één USD per moto , maar dat leek Koen (die ervaring heeft) te gevaarlijk.

Special door Nicole Van Biesebroeck:

Na een half uurtje komen we in Sapa aan. Het is een stadje in volle toeristische explosie. Overal bouwwerken: hotels, restaurants, kantoren: ze groeien als paddestoelen uit de grond. We komen in een winkelstraat en worden aangeklampt door een meisje die ons een gekleurd stokje wil verkopen. Voor 10.000 Dong (30 fr) wordt het ons eingendom. Het is een klein muziekinstrumentje. We hebben geen tijd om het op te bergen of daar komen tientallen vrouwen in prachtige keldij op ons af om ons vanalles te verkopen: kussens, lappendekens, hemden. Ik wordt als het ware overrompeld. Ik weet niet meer naar waar gekeken. Ik wordt volledig omsigeld. Help! Gelukkig komt Koen ter hulp. Onderhandelt voor een deken en dan zoek ik vlug dekking in een restaurant. Oef! De verkopersters staan met hun neus aan het raam geplakt. Maar wij eten heerlijke pizza's. Wat een verademing. Sofie krijgt er een kip bovenop. En welke! Een prachtige felgekleurde plastieken speelgoedkip op wielen met trekkoord. Ik trakteer, met geld van Koen, dat moet je maar doen! Na de maaltijd vertrekt Barbara en Marie-France naar het internetcafé. Koen doet inkopen voor de non: eieren, wortels, bananen en nog veel meer. De markt is echt heel tof. Veel mensen en veel etenswaren: fruit, groenten, rijst maar ook levende krabbetjes, schelpdieren, slakken.... Koen besluit om terug te keren met de jongsten en de boodschappen. Ik volg later wel met Nathalie, Barbara en Marie. Barbara heeft nog wat werk en zo gaan we nog eventjes naar de winkeltjes kijken. Tenslotte kopen we nog wat armbandjes, kettingen en zakjes. Moe maar tevreden keren we terug met een jeep, wat een luxe.

Ik blijf alleen bij de non met een houten poot, en geniet voor de rest van de dag van de rust en de stilte en als in de late namiddag Koen en Piet, Sofie, Henri en Naas uit een bustje stappen hangt de was te drogen en zijn een aantal keukenkasten en schuiven uitgemest en gezuiverd. En zelfs ben ik er ook in geslaagd (met de nodige goocheltoeren) om rondslingerende attirbuten - vooral van de lebbetjes - een definitieve plaats toe te wijzen, zodat ons interieur er wat rustiger uitziet.

Koen bracht wat mondvoorraad mee uit het dorp, want wie zal voorspellen hoelang we hier nog blijven en houveel pannes ons hier nog zullen treffen? De jongsten onder ons worden gevoederd en gewassen vòòr de tweede lading nonbevolkers met een jeep terug naar huis keert, in gezelschap van zeven flessen water en bananen.

De avond verloopt in pijs en vree en we genieten van een Diashow en Nicole vindt ook eindelijk de tijd om de inhoud van haar laden te sorteren, om de nieuwe orde in de non compleet te maken.

Twee lekke banden, maandag 15 april

Hallo hier Marie France , de journaliste ter plaatste ,ik zal vandaag het dagboek schrijven. Gisteren hadden ik en barbara het laat gemaakt (zoals altijd) en sofie , die (zoals altijd) vroeg opstaat, staat al rond 7 uur op de deur te kloppen .Ik negeer haar en probeer weer in te tuimelen , maar sofie laat zich niet zo maar doen en ze begint nog harder te kloppen , ik ga genoodzaakt naar de deur , want ik vrees dat sofietje anders de deur inbeukt. Henri en nathalie zijn zo gek om limonade bij het onbijt te drinken ,zodat ze bij de buren kunnen ontbijten (de limonadeverkopers) , na een heerlijk ontbijt bekvechten piet en sofie om wie de tafel MAG afkuisen .ik verveel me te pletter (een anekdote :barbara voelt zich altijd zo) en ga met de kleintjes mee naar de rivier. Het is daar 1 en al prachtig , maar ik moet weer terug , want barbara wacht me op om naar sa pa te vertrekken .We wachten op 'n voorbij rijdende bus en eenmaal op de bus is er 'n leuke sfeer, plots stopt het busje midden op de weg , 'n paar mensen gaan naar buiten en ik en barbara vragen ons af , wat er aan de hand is , de jongen die naar buiten is gegaan , komt weer naast ons zitten .We vragen met ons slechtste engels (anders verstaan ze ons niet) "why bus stop,problem ?" De plezante zei ons gewoon na , maar na een tijdje zei hij , "no problem".Wat is er dan wel aan de hand? Uiteindelijk komen alle mensen doodleuk weer binnen en vertrekken we weer . We hielden gewoon een stop !!!! Eenmaal in sa pa laten we de bus stoppen en gaan we op stap naar de internetkantoren (deftig woord , hé). Het is misschien een deftig woord voor 'n café , maar de mensen moeten daar dringend een cursus "hoe start en sluit ik de computer af" en "moet ik de telefoon afleggen als we maar 1 lijn hebben, zodat het internet kan werken ?" volgen . De 2de cursus moeten ze zeker lezen , hoewel we blijven zeggen dat ze de telefoon moeten uitzetten, zodat het internet kan werken , zijn ze ervan overtuigt dat de gast aan de andere kant van de lijn het beter zal weten .We geven ze nog 1 keer de gouden tip en vertrekken dan naar het restaurantje waar we gisteren heerlijke pizza's hebben gegeten .We kiezen elk een slaatje uit en nemen voor ons beiden een portie rijst . De man keert terug met 2 ENORME porties en de rijst .We eten teveel en daar door geraken we moeilijk terug naar het internetkantoor , nu werkt het internet en barbara wipt op de stoel en begint ijverig aan 't werk, terwijl ga ik naar de post en bel ik naar singapur om de tickets te laten bevestigen , papa koen heeft me een tekst gegeven , als voorbeeld wat ik aan de dame moet zeggen, ik zeg precies het omgekeerde wat koen zegt, zodat alles snel en vlot verloopt . Ik keer terug naar barbara en na uurtje vertreken we weer naar huis , in de bus zit 'n vietnamees(duh) die frans sprak (trek die "duh" dus maar terug !), Hij begon spontaan te babbelen en toen we de non tonen op het visitekaartje , neemt hij het gewoon in beslag en geeft hij zijn visitekaartje; daarna begint hij te brabbelen over vanalles en nog wat , hij begint ons stilletjes te vervelen en we beslissen om een paar meters vroeger af te stappen .Eenmaal bij de non aangekomen vraagt iedereen zich af waarom we niet in een busje zitten , we verzinnen iets uit , dat we teveel hebben uitgegeven en dat we dan een stuk zijn gevoerd door 'n camion en de rest te voet gelopen. Koen en naas zijn nog weg achter een band of zo voor de non, de wet van murphy (=alles wat kan mislopen, loopt mis ) heeft sinds de lebbetjes zijn toegekomen toegeslaan , want toen koen 's morgens opstond heeft hij gemerkt dat , behalve de hele moter vol kapotte stukken zit en dat er 'n band plat is , er nog een band plat is , ook de riviertocht was niet leuk voor de kleintjes, toen nathalie plots oog in oog kwam te staan met een uiterst giftige slang , gelukkig kon ze weglopen en is er niets gebeurd! Na een vermoeiende dag kruipt iedereen (behalve ik en barbara) vroeg naar bed .

Als het achterste wiel wordt opgekrikt blijkt dat de bandendruk op het vorenste wiel te laag is. De herstelling van vrijdag is dus geen succes geweest. We staan hier dus met twee lekke banden en hebben slechts één reserve (sinds de klapband in Maleisië). Het ontbetrouwbare reservewiel (zie bandenwissel in Dokkrai) wordt voorlopig achteraan gemonteerd zodat ook het lekke voorwiel kan worden gedemonteerd. Onze vriendelijk buurman helpt een beetje en houdt daarna enkele vrachtwagens tegen om onze twee wielen naar Lao Cai te voeren. De derde vrachtwagen is de goeie. We takelen de 100 kilogram zware wielen drie meter hoog de laadbak in en vertrekken voor een helse rit van 25 kilometer bergaf. Naas zit in het middelste zeteltje en moet zich echt vast klampen. Ik lig achter in de cabine te soezen terwijl ik door elkaar wordt geschud. In Lao Cai gaat de kipbak gewoon omhoog en worden de wielen eruit gekieperd. De lek in de eerste band is snel gevonden, maar in de tweede band blijkt geen lek te zijn. Na meer dan een half uur zoeken geven de vietnamezen het op. De band is echter in drie dagen zijn druk verloren, dus het gaatje moet ontzettend klein zijn. Ik neem de zoektocht naar het lekje over en moet al mijn koppigheid en doorzettingsvermogen gebruiken om het niet op te geven. Uiteindelijk wordt mijn verwoede zoektocht toch beloond: een minuscuul kleine perforatie. Het blijkt dat twee staaldraadjes uit de buitenband de binnenband hebben geperforeerd.

Naas is de ganse stad doorgewandeld op zoek naar melk en bloem. Melk vond hij niet, maar wel yoghurt en bloem, waarmee hij pannekoeken wil bakken. Ondertussen is ook onze vrachtwagen teruggekeerd, ditmaal overvolgeladen met zakken van 50 kg meststof. Met zeven man hijsen we de banden boven op de lading en de terugttocht kan beginnen. Gelukkig kan de volgeladen vrachtwagen niet zo snel bergop, zodat we iets minder door elkaar worden geschud. Het is donker als we terug aan onze driepotige vrachtwagen zijn. De winch waarmee we de twee banden van de vrachtwagen willen takelen bezwijkt. Tijdens de herstelling ervan wordt een gereedschapskistje leeggeroofd (maar dat zal ik morgen pas merken).

Een van de Hmong vrouwen, gekleed in de traditionele indigokleur en met twee babies aan de hand en op de rug, die zoals elke avond een keer komt kijken wat er zo allemaal in en rond die bizarre gele vrachtwagen gebeurd, blijkt goed engels te spreken. We worden uitgenodigd om morgen mee te gaan naar haar huis. Er wordt afgesproken dat ze ons om 10 uur komt ophalen.

Op bezoek bij de Hmong, Dinsdag 16 april

Een rustige morgen zodat we pas om negen uur aan de ontbijt tafel zitten. De Hmong vrouw van gisteravond staat al te wachten. De geplande dagtocht voor vandaag gaat natuurlijk niet door. Er moet nog een band verwisseld worden en al het materiaal moet nog worden opgeruimd. Barbara en Naas blijven bij de mecanicien, de zeven anderen gaan mee met de engelssprekende moeder.

Special door Nicole Van Biesebroeck:

We blijven lekker kuieren in bed. De kinderen lezen in bed. Rond half negen dalen we de trap af. Barbara en Maire zitten ook nog in bed. We ontbijten op 't gemak. Een inheemse vrouw staat te wachten om ons haar huisje op de berg te tonene. Ze staat al een uur te wachten. Gelukkig hebben ze alle tijd van de wereld. Rond tien uur beginnen Sofietje, Piet, Henri, Marie, Heidie en ik aan de trektocht. De vrouw draagt een baby op haar rug in een prachtige draagzak. Desondanks neemt ze nog Sofietje bij de moeilijke paadjes op haar heup. Het uitzicht is facinerend. Overal prachtige plantengroei tussen de maïsvelden door. Beneden de rivier met haar cascades. Wondermooi. Na een uurtje stappen komen we in haar woning aan. Het is een eenvoudige constructie met golfplaten. Er is een bronnetje om proper water te verzamelen. In de woning zijn er twee slaapkamers ter grote van een bed afgemaakt met een paar planken en een deur en een centraal vuur. De vrouw spreekt gebroken engels. Zo hebben we wat conversatie. Li heeft vier broers en twee zussen. De meisjes trouwen hier rond hun dertiende. Ze heeft twee kinderen: een meisje van drie en een jongen van twee.

Ze wakkeren het vuur aan. We gaan op kleine bankjes zitten. Een os zit te ploeteren in de modder. De vrouw brent een hemdje mee en past het aan Sofie. Sofie ziet er echt snoezig uit. Ze komt ook met een fel gekleurd rokje aandraven. Nu is ze nog schattiger. Marie-France wordt van kop tot teen uitgedost in Hmong-kledij. Allemaal in indigo, lange beenverwarmers inkluis. Het staat haar echt goed! Marie mag zelfs bij ze blijven slapen maar vermits ze op huwbare leeftijd verkeert, wijzen we het voorstel maar vriendelijk van de hand.

's Middags krijgen we lekkere rijst met een soort spinazie. Van het kookvocht wordt dan gedronken. De man die voor ons kookte, eet niet mee maar brengt nog een matje om het eten op te leggen. We krijgen allemaal een kommetje en bamboestokken. Het eten smaakt.

Nu nog onderhandelen voor de kledingstukken. Na lang gepalaber komen we overeen voor 225.000 Dong. Wat veel zei Heidie, maar we hebben toch waar voor ons geld. rond 15 uur keren we langs hetzelfde weggetje terug. Koen is ondertussen druk in de wee geweest met de platte banden. Als we thuiskomen vertrekt Koen met Naas voor een wandeltochtje. Ongelooflijk maar waar: Piet gaat ook nog mee. Wat een flinke stapper.

Als ik al lig te slapen komt Babara mij wekken, er is een vervelende man de kamion binnengestapt die probeert uit te leggen dat we moeten vertrekken en dat we zullen geboeid worden en dat er vingerafdrukken zullen worden genomen. Ik naar beneden, en natuurlijk direkt onder de indruk van de maar liefst drie officiële kaarten (met de vietnamese ster) die zijn status moeten aantonen. De man is al redelijk aggressief aan het worden en ik wil hem buiten. Met zachte aandrang lukt dit niet. Ik neem dus zijn drie statussymbolen en stap er mee naar buiten. De man komt achter mij aan, en stapt trillend van woede op zijn moto en vertrekt terug richting Sa Pa. Na rijp beraad ga ik met kleren en al in bed liggen. Een half uurtje later horen we een moto stoppen voor de non. Vijf minuten later rolt de moto geruisloos naar beneden en start even verder zijn moter. Wij vallen in slaap.

Begin van de terugtocht, Woensdag 17 april

Van de reporter terplaatse:

Na een week vol pannes en camionperikelen is het tijd om terug te keren richting Hanoi, waar de lebbes maandag hun terugvlucth nemen naar het land van de luxe. Ons vijfdaagse verblijf alhier (gestrand om 12 km vòòr Sa Pa) is op de kaart het eindpunt van de reis, vanaf nu zijn we echt op de terugweg!

Als we zo ongeveer klaar zijn met opkramen staat dan toch de politie voor de deur, twee man in uniform, waarvan één engels praat, en de agressieve typ van gisteravond, die zijn mond niet opendoet. Koen moet mee het huisje van onze buren binnen en er volgt alweer een palaver van een uur. Koen doet eerst zijn beklag over het optreden van onze laatavondbezoeker. Dat valt niet in goede aarde, want ten opzichte van een "functionaris" moet je hiet alttijd zeer neerbuigend blijven. Als Koen echter beleefd dreigt dat hij zal klacht indienen bij de ambassade verandert de toon van de tegenpartij, en worden ze iets voorzichtiger. Er schijnt hier een wet te bestaan, of bestaan te hebben dat een toerist zich bij elke overnachting moet laten registreren bij de plaatselijke politie. Misschien enkel als je langer dan twee nachten op dezelfde plaats blijft, misschien, misschien, er isgeen kat die het weet en elke hooggeplaatste maakt hier zijn eigen wetten. In Koens wetboek staat duidelijk dat hij de boete die hem kan opgelegd wordten niet moet betalen, en het gezellig onder onsje eindigt in een declaration die in het Vietnamees wordt opgesteld en door Koen wordt ondertekend. Veel blablabla, data, nummers, cijfers, tittels en zevers en de vogel is weer vrij.

Helaas de terugweg begint met een....... Panne!!!! De motor start niet (voor de allereerste keer deze reis). We kijken elkaar aan en houden het niet voor mogelijk. Gelukkig hebben we onze gargist mee die al vlug het euvel kan verhelpen. Er komt geen diesel. De dieselfilters zijn nog proper, maar een simpel moertje van het stangenstelsel tussen gaspedaal en dieselpomp is riebedebie foetsie weg. Een nieuw moertje erop en vroem de moter doet broem.

We nemen afscheid van de vriendelijke mensen rondom ons en vertrekken naar Lao Cai waar we de immigratie opzoeken om Maries visum te laten verlengen. Marie zou zoveel deugd van hebben de rest van de reis met ons mee te maken. Helaas vervalt haar visum op dinsdag 23 april. De immigratie wijst ons door naar Hannoi. Helaas. We gaan een hapje eten in een restaurantje, doen wat inkopen in de stad maar melk vinden we enkel in busjes van 200 ml.

Onze reisleider is moe en moe en we besluiten om zo gauw mogelijk een plaats te zoeken om te rusten en te slapen. Het valt niet goe mee, zoals meestal in Vietnam. We ontdekken een rustige plaats bij een politiekantoor, maar daar moet en ze ons natuurlijk doorverwijzen. Dus rijden we maar verder en zoeken en zoeken tot we een gezegend plaatsje vinden. Onzichtbaar vanaf de weg op een klein kort weggetje die eindigt bij een huis en een huis in aanbouw. De bewoners zijn zeer vriendelijk en we gaan er thee drinken, en bier. En dan, als Koen goed en wel rustig gelegen is met een boek, dan moet hij mee de moto op. We denken dat hij naar de politie moet, nee, help, niet opnieuw. Maar we hadden het gelukkig mis. Hij bezoekt een lychee kwekerij, eigendom van onze gastheer.

De non staat halp op een zandhoop geparkeerd en de kinderen vinden dat natuurlijjk erg plezant, en later worden ze met een waterslang afgespten. Plotseling worden we geroepen om te komen eten; in het huis van de mensen, de man blijkt de chef van het dorp te zijn, staat een pachtig maal klaar. Op een grote mat op de grond staan twee reuze schalen met daarop verschillende bordjes en kommetjes met allerlei heerlijks. Rijst natuurlijk, en sojascheuten, en vis en gebakken tofu, en een soort bloedworst, en vlees en nog veel meer. De familie blijft toestromen en op de grond gezeten eten we allen samen lekker en bovenal gezellig. De mannen drinken veel kleine kopjes zeer straffen likeur geschonken uit een hele vuile bidong. Maar na vier of vij kopjes schakelt Koen over op thee. Het is duidelijk dat de mannen van het gezelschap wachten met eten van rijst tot de gasten klaar zijn. Henri eet een stukje bloedwordt die hij niet lust heel dapper op maar hij trekt zo'n prachtig gezicht dat we er allen moeten om lachen. De kleine charmeur steelt steeds weer alle haren van de Vietnamese mannen.

Ongevraagd wordt er voor ons een lamp in een boom opgehangen en al vroeg gaan we slapen. Sofie en Koen liggenn er eerst in. Marie en Barbara, natuurlijk, het laatst. We zijn uit de bergen en het is dus veel warmer geworden, zodat we onze slaapzakken niet nodig hebben.

Donderdag 18 april

Gelukkige verjaardag, mevrouw de webmasterin, ik zal vanavond een glaasje Cote du Rhone drinken op uw gezondheid.

Om een of andere reden had de jeugd nogal wat vertrouwen in het weer. We zitten hier echter nog steeds tussen de bergen en 's nachts krijgen we een twintigtal druppels over ons hoofd. Als Naas en ik net de tenten uit de bak hebben gehaald is het minibuitje al over en we vallen weer in slaap. Helaas krijgen we om zes uur de miezel op ons hoofd. Ditmaal net te veel om te blijven liggen. Allles wordt opgekraamd en er volgt een vroeg ontbijt.

Het is hier rustig dus besluiten we van nog wat te blijven hangen; enkelen maken een klein wandelingetje, en enkele schrijven brieven en dagboeken. Als we tegen de middag besluiten te vertrekken nemen Heidie en Nicole afscheid van de vriendelijke familie terwijl ik de kamion achterwaarts door het zeer smalle paadje manoeuvreer. Eenmaal op straat wordt ik met aandrang teruggeroepen, de pater familias wil dat we 100.000 Dong betalen. Gezien we gisteren toch wel - zij het ongevraagd - een lekkere uitgebreide maaltijd kregen en gezien de familie toch wel echt vriendelijk is, ga ik in op dit voor ons toch wel onverwachte verzoek.

In Pho Lu doen we inkopen en gaan we op restaurant.

We tuffen nog een paar uur door de bergen en parkeren dan om vier uur naast een huis in aanbouw. Sofie krijgt als beloning een wandeling met papa Koen. We dalen af in een nabijgelegen vallei die door Tay wordt bewoond. We slaan een babbeltje met enkele inwoners en als we aan de school komen kunnen we eindelijk uitleggen dat we van België komen. Van België hebben ze nog nooit gehoord: noch van Belgique of Belgium en zelfs niet van Bei-ie zoals ons land in het vietnamees heet. Ditmaal is het niet Jean-Marie Pfaff die de redding brengt maar het voltalige elftal van de Rode Duivels. In het hutje van de leraar hangt een poster met alle deelnemende elftallen van het voetbal WK 2002, inclusief de belgische vlag. Ze weten nu nog steeds niet waar België ligt maar ze kunnen ons wel thuiswijzen: iedereen is tevreden. We zien de Tay in hun bijzonder kleurrijke kledij en verder ook nog een echt spinnewiel, wat voor Sofie heel bijzonder is sinds ze vrijwel dagelijks naar repelsteeltje luistert (ingesproken door Hanne). Ook de drie zwarte babyvarkens die slapen op de buik van hun mama kunnen op veel belangstelling rekenen.

Als het donker wordt krijgen we wolken en lichte regen over onze vrachtwagen.

terug naar boven