achtentwintigste week

Rustdag in Kuala Lumpur, vrijdag 11 januari

Volgens Indian Airlines is mijn zakmes teruggevonden en zal het na de middag in het kantoor van Indian Airlines zijn op enkele straten van hier. Tegen 11 uur ga ik met Barbara en Naas internetten, het tweede kafe is het goede.

Om 14u30 ben ik op het kantoor van Indian Airlines en er is daar inderdaad een zakmes. Mijn dure originele Victorinox mes blijkt echter gewisseld te zijn voor een spikslinternieuw spotgoedkoop chinees kopie. Het heeft wel ongeveer even veel zagen, messen en schroevendraaiers. Een bizarre wending in het zakmesverhaal. Zelf had ik het terugvinden van mijn zakmes al lang opgegeven maar had toch zeker niet verwacht dat die lepe indiërs dergelijke oplossing zouden kunnen bedenken. Ik maak me behoorlijk kwaad om te tonen dat ik deze mannier van doen zuivere diefstal vind. Terug bij Ben Soo stuur ik een kwade fax naar Indian Airlines en geef hen tijd tot maandag om mijn origineel zakmes terug te vinden. Ik ben er bijna zeker van dat het de verantwoordelijke van Indian Airlines is (Mr Charles) die mij dit lapt, hij blijkt immers iets van de waarde van zwitserse messen te kennen en zegt dat hij er thuis ook een heeft. hij bleek ook niet verwonderd als ik zei dat dit niet mijn mes was. We zijn benieuwd of mijn mes misschien toch nog boven komt.

De kinderen kiezen voor Mac Donalds en dus gaan we naar the Mall op enkele honderden meters van hier. Het is na vijven als ik met Naas terug bij Ben Soo aankom. De andere blijven nog wat winkelen in the Mall; ze komen met heerlijk fruitsap thuis.

's Avonds worden weer boeken gelezen; tijd gedood met het tetris brick game en de reiskaarten van de website worden hertekend.

Kuala Lumpur, lake gardens en nieuw station, zaterdag 12 januari

We nemen tegen 11uur de LRT van Star Lines naar Masjid Jamek. Via Kuala Lumpurs centrale marktplein met de hoogste vlaggenmast ter wereld komen we terug in de Central Market, die tegenwoordig is gerenoveerd en vol souvenierswinkeltjes zit. We eten er lekkere noedels en/of rijst en/of kip.

Daarna wandelen we via het hoofdpostgebouw naar het oude station dat er uit ziet als een moskee. Met wat moeilijkheden om de autosnelwegachtige straten te kruisen komen we uiteindelijk in het Muzeum Negara waar we een zaal met traditioneel Malaysische interieurs en schaduwtheathers bekijken. Er is ook een zaal met opgezette dieren (dit vind Sofie zeer interessant) en een zaal met muziekinstrumenten. De zaal met potten en die met wapens laten we links liggen.

We wandelen door het Lake Garden park naar het nationaal monument. We vinden de gewapende beelden verre van mooi maar Naas vindt het zeer amusant om de Maleisiërs te fotograferen die hun landgenoten voor hun nationaal monument fotograferen. Op de terugweg vinden we een zeer goed onderhouden speeltuin waar Piet en Sofie zich goed amuseren.

In het hypermoderne spiksplinternieuwe centraal station nemen we de LRT terug naar Ben Soo.

Rustdag in Kuala Lumpur, zondag 13 januari

Laat wakker (10 uur). Noch de Batu grotten, noch Little India (een wijk van KL) vallen in de goede smaak, dus blijven we 'thuis'. Piet leert tafels, Naas electriciteit, Barbara schrijft emails en straks gaan we internetten. Naas haalde zojuist wat rijst met groenten in een stalletje hier beneden.

Kuala Lumpur, maandag 14 januari

Van de reporter terplaatse:

Aangezien het vandaag maandag is besluiten we de twin towers te beklimmen. We nemen alvast onze touwen mee op de trein (skytrain) naar KLCC tis te zeggen Kuala Lumpur City Center. Aangekomen terplaatse beseffen we dat het maandag is, we zullen gisteren moeten terugkomen want vandaag is het fermé gesloten. We houden familieraad aan de voet van de torens en na rijp beraad beslissen we Barbara te wegen en te meten. We zoeken de "scale of the new generation" in het Suria shopping center naast de Petronas. Twee verdiepingen hoger vinden we een "scale of the new generation". Voor twintig sen zegt hij "please stand still, i can't measure your weight." Voor nog twintig sen zegt hij dit nogmaals, leve de new generation.

We wandelen door het KLCC park naar de "golden triangle". Naast elke wolkenkrabber vinden we een ... wolkenkrabber, en de Mac Donalds. Koen belt naar Vtop. De kaainon is in het land, Eureka, Hoera, Hoera, Hoera. We gaan op zoek naar een boekenwinkel. Het winkelcentrum "Lot 10" is groen langs de buitenkant, en mooi langs de binnenkant. Ik zoek het ganse complex af, terwijl de rest van de familie croissants eet bij Delifrance. Vanop de vierde verdieping roep ik "kwaak" door het enorme atrium. De boekenwinkel is gespecialiseerd in architectuur en kunst en dus vinden we er de lonely-planets niet die we zoeken, maar in de etalage vinden we wel de loft "ganzestraat 113", op de kaft van een loftboek. De volgende halte in de "golden triangle" is een winkelcentrum en daarna bezoeken we het winkelcentrum naast de deur.

Gelukkig krijgen we honger, en vinden we een restaurantje waar het eten helemaal niet lekker is, behalve niet de rijst (zou Sofie zeggen). Geen heimee naar India lokt ons naar de wijk "little India", waar we alleenn luide muziek en brolwinkels vinden. De wijk is - hoe kan het anders - veel viezer dan de rest van KL die zelfs voor westerse maatstaven uiterst proper is.

Barbara is het lichtjes beu, dus zoeken we een stationetje na eerst nog een winkelcentrum te zijn binnengestapt. We kopen er alweer niets maar de airco's zijn er prima, KL is vooral warm en vochtig. `

Terug bij Ben Soo laten we de ventilatoren weer volle toeren draaien.

Kuala Lumpur, dinsdag 15 januari

Met Naas vertrek ik naar Port Klang de reporter blijft terplaatse.

Van de reporter terplaatse:

Terwijl Naas en Mister Belgium naar de trein tjoeken lig ik nog zalig terplaatse te pitten in mijn kaffe (de tweemeterbak dus). Piet en Sofie ontbijten naar hartelust en Barbara maakt haar frans werk.

Indian Airlines is aan de lijn in verband met een of ander Swiss knife, en kort daarop begeef ik mij met Sofie naar de office. Ik laat de dame aan de balie bellen naar mr Charles op het vliegveld. Weer het zelfde verhaal, en ik zeg dat wat er met het zakmes gebeurd is hun probleem is en niet het onze. De dame is heel vriendelijk en beloofd als het zakmes niet terug gevonden wordt, we ons geld terugkrijgen.

Daarna loop ik nog een blokje om met Sofie, die in bijna elke winkel binnen wil stappen. Chow Kit heeft veel winkels en veel brol, en pas nadat ze een zeepdoosje gekregen heeft ben ik verlost van het winkel binnenstappen.

Terug thuis begint moeder aan de wast, gelukkig heeft Ben een super wasmachientje, amerikaans model met deksel bovenaan. Piet en Sofie vinden dit zeer interessant en assisteren dan ook om het hardst. Kraantje aan, kraantje uit, knopjes draaien, Piet weet er al alles van.

Als het klusje geklaard is vertrekken we naar inderdaad de Mac Donalds, de keuze van de kindjes. Sofie gooit haar cola niet om, en de manager Cynthia komt alweer een praatje maken, beter nog, ze brengt Sofie en Piet een ijsje, geschenk van de firma! We lopen nog een beetje rond in the mall, kopen brood en keren terug. Ik schrik me dood als ik de gesloten deur van onze kamer zie opengaan, inderdaad Naas komt tevoorschijn. ( Ben heeft reservesleutels ).

We tjoeken naar Port Klang, stoppen in zowat alle stationnetjes onderweg en stappen verkeerdelijk uit in Klang in plaats van in Port Klang. We nemen dan maar een taxi voor de laatste kilometers naar het kantoor van de shipping agent in Port Klang. Ze brengen ons met een miseriedes naar de haven, en ditmaal mogen we echt in haven. De kamion blijkt op vijftig meter van het water te staan. Na een eerste inspectie blijkt alles OK, er is in elk geval niet ingebroken. (overmorgen zullen we merken dat de verstralers vooraan zijn gestolen)

Naas is zeer gelukkig dat hij nu vlakbij en zelfs onder de reusachtige containerkranen kan wandelen die druk de oceaanreuzen aan het lossen zijn. Vooral de volledig in het roze geschilderde duitse boot vinden we leuk.

Het is ramp er is eerst geen "ramp" ter beschikking om de kamion van de flatrack te krijgen, die toch zestig centimeter hoog is. Eerst wil men een kraan laten komen, maar na wat aandringen vinden ze toch een paar opritjjes en zetten ze nog een 20 voet flatrackje voor onze flatrack zodat we rustig naar beneden kunnen rijden. Gelukkig hebben we zelf voldoende sleutels en hamers mee om de kamion los te maken want hier is weinig te vinden en de shipping agent heeft niets voorzien. Na een uur of twee rijden we de haven uit. De douane heeft niets gecontroleerd. We rijden naar het dichtste pompstation, waar we ook wat patato buns en chocolat buns kopen.

We rijden via de superdelux snelweg naar Kuala Lumpur. Helaas kennen we het Malay voor centrum niet, zodat we even het spoor naar het centrum kwijt zijn, maar even later zijn we op de Jalan Parliamen waar we zaterdag het militaristische nationaaal monument bezochten , zo vinden we toch nog vlot onze weg terug naar Ben Soo.

De rest van de familie is niet te vinden. Na tien minuten komt Ben aan op zijn brommertje (zijn auto is gestolen) en brengt ons naar een parking op een paar honderd meter van zijn huis. Op de parking ruim ik de balken en kabels, klemmen en spanners op, die we zullen gebruiken voor de volgende verscheping naar Europa.

's Nachts slaap ik in de kamion want nu hij veilig in Maleisië is geraakt zou het jammer zijn dat hij op de eerste nacht in Kuala Lumpur wordt leeggeroofd.

Weg uit Kuala Lumpur, woensdag 16 januari

We ruimen op bij Ben Soo, en laden de kamion.

Indian Airlines probeert zijn leven te beteren en biedt mij 100 ringit voor het verloren zakmes. Dus bezoek ik nogmaals hun kantoor dat gelukkig op wandelafstand ligt. Het nepmes (die Naas vond voor 5 ringit in een winkelcentrum) willen ze wel terug!!

Ben rijdt een stukje mee naar een pompstation waar we de watertanks en de tweede dieseltank vullen. In plaats van een glas, een bordje of wat kinderspeelgoed krijg ik als geschenk ..... een ZAKMES (met shell-helix reclame), de kwaliteit blijkt zelfs beter dan het goedkope chinese nepmes.

Daarna wijst Ben ons de weg naar de snelweg richting Ipoh. Het is ondertussen al namiddag en aan het eerste wegrestaurant stoppen we om te eten. Het is er bijzonder proper, er zijn inderdaad zeker zes of acht mensen bezig met de blinkende vloer te wassen. We blijken in een "eetbrug" over de snelweg terecht gekomen te zijn. Alle ketens zijn er vertegenwoordigd: Kentucky fried chicken (KFC) laten de kinderen links liggen en ze kiezen voor Burger King, nogmaals hamburger dus in plaats van de maleisische keuken die hier ook goed vertegenwoordigd is. Na het fastfood spelen Piet en Sofie nog even op het speeltuintje van KFC.

Het is een uur of drie als we weer op de baan zijn. Het heuvelachtige landschap ik voor ons uitzonderlijk groen; vele bossen en zeer uuitgebreide palmplantages (voor de palmolieproductie). We krijgen enkele verfrissende regenbuitjes over ons.

Rond Tapah wordt het landschap bergachtig. De snelweg slingert door de steile beboste heuvels. Hier en daar zien we indrukwekkende marmergroeven, in steile wanden van de kalksteenrotsen. We nemen afrit Gopeng en rijden een paar kilometer naar links en dan nogmaals naar links een smal baantje in, waar een wegwijzer staat naar een grot. Als we aan een smalle brug komen aarzel ik even en uiteindelijk blijven we voor de brug in een gerooid veldje kamperen. We staan langs een rustig riviertje en de lokale bevolking is uitzonderlijk vriendelijk. Enkelen komen langs om een praatje te maken maar niemand blijft staan gapen zoals we het in India en Pakistan gewoon waren. Voor ons is dit een hele verademing. 's Avonds genieten we van de rust, de vogelgeluiden uit de jungle en de vele vuurvliegjes.

Gua Tempurung, donderdag 17 januari

's Morgens geen kijkers, de brommertjes die voorbijrijden roepen vriendelijk "good morning" . Na het ontbijt verdwijnen de drie jongsten in de rivier. Tegen elven besluiten we een kijkje te gaan nemen in de grot, twee kilometer verderop. Barbara en Sofie blijven thuis. Barbara werkt aan haar frans en Sofie op de computer. Het is een mooie maar hete wandeling. We zijn verbaasd als we aan de ingang van de grotten komen. Om helemaal door de grot te gaan heb je vier uur nodig. Wij nemen de toer naar de 'top of the world' samen met een paar canadese expats. De grot is werkelijk groots, er is een 'gemakkelijk betonnen pad door aangelegd met vele, vele trappen. Tot onze verbazing is het hier binnen in de grot ook heet en vooral vochtig. Eigenlijk niet zo verbazend als je weet dat de minimumtemperaturen in Maleisië steeds boven de 24 °C blijven en dat de maximumtemperaturen het ganse jaar door boven de 32 °C zijn. Als we na een half uur op het platform 'top of the world aankomen dalen we in de duisternis nog 230 trappen af naar de rivier. Van hieruit kun je door de rivier terug naar buiten, maar wij hebben geen verse kleren mee, we keren dus op onze stappen terug. De canadezen willen ons niet terug naar de kamion brengen, maar na één kilometer stappen worden we door een kleine vrachtwagen met enkele vriendelijk Maleisiërs opgeladen.

Terug naar de snelweg, verder naar het noorden. Na een uurtje rijden stoppen we aan een wegrestaurant, gelukkig zijn we buiten de invloedssfeer van het verwesterde Kuala Lumpur en kunnen we het Maleisische fastfood proeven. Er zijn enkele buffetkraampjes rond de gemeenschappelijke tafeltjes. We kunnen er zelf opscheppen: rijst, ei, vis, bonen, annanas, salade en sojaseuten.

We zullen te laat aankomen in Penang dus zoeken we een slaapplaats op vijftig kilometer voor de brug. We krijgen er bezoek van de plaatselijk jeugd op hun brommertjes maar ze blijven maar even staan.

terug naar boven