veertigste week

Verder noord van Ha Tinh naar Sam Son, vrijdag 5 april

Op de dorpsmarrkt kan Naas geen vers brood vinden maar wel twee goedkope draagmanden (3000 dong per stuk) We vertrekken richting Vinh waar we een grote overdekte markt bezoeken. Ze verkopen er vanalles. Wij laden wierook (grote spiralen), gegalvaniseerde kistjes, rieten matjes en wat eten in onze vrachtwagen en zetten onze reis verder naar het noorden.

De koolkerkse steenweg is hier duidelijk een jaar of twee ouder en meestal iets smaller, zodat we weer last hebben van de vele fietsers en bromfietsers. Over vele kilometers blijven de bergen ons links van de weg volgen terwijl wij door de rijstvelden verderrijden, die slechts af en toe op de iets hoger gelegen stukken door wat groentenvelden worden afgewisseld. Deze streek heeft duidelijk af en toe last van overstromingen. Langs de weg staan betonnen paaltjes van 1m40 hoog waarop je kunt aflezen hoe diep het water is in geval van overstroming.

In Quang Loi nemen we een kleine weg naar Sam Son. Sam Son is de belangsrijkste badplaats van Noord Vietnam en we hopen dat ze daar minder bang zijn van westerlingen. De kleine weg is slechts een grindweg en we vorderen slechts langzaam. We rijden echt op een dijk en langs de weg ligt het vol met kleiblokjes die liggen te drogen vooralleer ze samen met zelfgemaakte briquetten (één briquette voor elke twee stenen) worden opgestapeld om te worden gebakken. Deze baktorens staan letterlijk half op de weg.

Aan het zuidelijkste puntje van Sam Son beach vinden we een ruime parking. Tijdens een wandelingtje naar een tempeltje vinden we echter een prachtige slaapplaats op een klip met zicht op de nogal woeste zee. Als ik de vrachtwagen op het betonnen platform rij voel ik de wielen door de beton gaan. Voor het platform ligt een tachtig centimeter brede goot die met lichte betonplaten is overdekt. Onze dertien ton vernielt vier van deze platen. Er komt nogal wat volk en tijd bij te kijken om deze zaak in der minne te regelen. Uiteindelijk raken we akkoord met de vermoedelijke eigenaar voor een kwart miljoen dong, toch nog steeds goedkoper dan een nachtje op een spaanse camping denken we. Dankzij het prachtig uitzicht, het ruisen en bruisen van de zee, en de heerlijke koele wind komt deze slaapplaats toch zeker op de lijst van de betere overnachtingsplaatsen.

Verder noord van Sam Son tot op 30 km vòòr Hanoi, zaterdag 6 april

Na een koele nacht breekt de zon slechts langzaam door het wolkendek dat in het oosten boven de golf van Tonkin hangt. Blijkbaar is dit strandoord toch niet zo aantrekkelijk voor de doorsnee toerist zodat het de ganse voormiddag zeer rustig blijft. We krijgen weer een sterk staaltje vietnamees contrast te zien: de prijs van één enkele emmer water is een schandalige10.000 dong bij een inhalige vrouw op vijftig van de kamion. Als ik me aardig boos maak voor deze absurde houding en twee emmers water op grond uitgiet, komt er even later een meisje een emmer water brengen naar de kamion die ze helemaal beneden aan de heuvel is gaan halen.

Gezien de ongeziene rust alhier besluiten we de kamion wat op te ruimen en zoveel mogelijk dingen naar de buitenbakken te verhuizen waar onze Belgische voorraden eindelijk bijna helemaal zijn uitgeput. Overmorgen zijn we immers met tienen in de kamion en zullen we alle plaats binnen goed kunnen gebruiken. De zware houten platen die we al 25.000 km mee slepen komen goed van pas om over de ingestorte greppel te raken en om elf uur dertig zijn we weer onderweg.

Van de reporter terplaatse: getypt door barbara (barbara is niet verantwoordelijk voor de spelling)

We rijden een 14-tal kilometers terug naar de grote baan. Fietseres, brommers, karren, vietnamese juk op hun schouders om van alles en nog meer te transporteren. Het is een mooi schouwspel. De streenweg op Hanoi wordt ook op zaterdag druk bereden, bewandeld en bespeeld en koen heeft er helaas de kans om maar eenb blik te werpen op de rotsformaten die zich in de verte aftekenen. Als de honger roept houden we halt voor een restaurantje. Wij naar binnen naar de keuken waar echterniemand de moeite doet om ons te willen begrijpen , en zo komt het dta we dus maar een broodje eten in de non. De weg blijft druk en de vietnamesen hebben absoluut geen enkel besef van gevaar. peutes van anper 2 jaar of jonger spelen langs de weg. Sofietjes van 4 en fietsende pietjes rijden op een véél te grote fiets met nog een broertje, zusje, vriendje of vriendinnetje achterop., het hoort allemaal bij het stratleven. De vrachtwagens en bussen toeteren er op los en rijden als de beesten en dikwijls lopt dat verkeerd af. We zien een tankelwagen schuin op de weg staan met onderf zijn rechterwiel een brommertje.

Koen is het rijden moe en even voor 4 uur slaan we een weggetje in, richtings heuvels in de verte. het is een slechte keus, de weg wordt slechter en uiteindelijk onberijkbaar smal. Gelukkkig is er plaats om te draaien. Enkele kilometers later wagen we een tweede kans. We rijden en rijden een brug over die tevens ook de spoorweg brug is. We moeten wachten want eerst is de trein aan de beurt. Voor de tweede keer hebben we geen geluk, we komen aan aan de steengroeven in een groezelige steengroevenomgeving met alles onder het stof. Weer kar gekeerd, terug naar de grote baan en we kunner er niet echt mee lachen Koen vlamt nogal hard door. De vooruitzichten zijn niet hoopvol ; rechts de spoorweg en daarachter : rijstvelden en water. links: rijst en water en water en rijst en geen viekante centimeter voor ons om op te staan. op zo'n 40 km voor Hanoi wordt de weg autostrade waar we niet op rijden. Een derde poging doen als we een klein berijdbaar baantje temidden de rijdtvelden op rijden. We vinden een net gebouwtje met vlaggen, het lijkt een beetje op een school én er is veel plaats. Een vriendelijke meneer zegt dat hij eerst moet telefoneren alvoorens we daar mogen parkeren. Dan maar tien minuutjes wachten en dan wijst hij ons door naar een ander geboutje zo'n 300 meter verer, er hangen ook vlagen en er is ook plaats. Eerst krijgen we thee te drinken en dan komt een man die russisch spreekt met koen en intussen wordt het maar later en als we tersprake brengen dat we hier willen parkeren voor de nacht zijn ze onverbiddelijk. khong , njet, no, nein ,...
Een half uur discusieren en beleefd en vriendelijk blijven, het helpt allemaal geen zier. Hun argumenten: de mensen zijn hier hoeligans. Dan komt een mililair die ons wil meeloodsen naar het politiekantoor. Vermids de politiekers (met vlaggen) onverwurmbaar zijn ne er negens in de omgeving echts niets geschikt is besluiten we hen maar te volgen. Het is al een heel karwij om in de donkerte de non te draaien. Rijden in de vietnamese nacht is bijzonder roekeloos al rij je slaksgewijs. Andere weggebruikers hebben meestal geen lichten om zich kenbaar te maken, maar gelukkig komen we zonder kleerscheuren bij het politiekantoor, dat 50 meter van ... de spoorweg.

Tegen de verwachtingen in is er inderdaad plaats! De schuifhekkens zijn dicht en koen schuift ze direct open om binnen te kunnen rijden. Er is een politiedame die niet akkoord gaat en volgt een palaber. Een ding is zeker : hier blijven we. Eindlijk rijden we binnen, en dan moet koen nog mee naar de polis; We voelen ons als een gevange ipv als een tourist. Barbara krijgt het aan de stok met de politie agente die nogal arrogant de non binnenstormd en overal in neust; leuke avond ! Naas vraagt electricitreit die door een vriendelijke vietnamees gegevan wordt. Even later geen licht meer. We kunnen het wel nog kopen voor 30.000 dong. Geen zin om nog te zeveren en hunkerend naar rust en stilte doen we het (zoels meestal) zonder buitenstroom. Barbara heeft ervoor gezorgd dat tss alle tumult in de kleintjes gevoed en gawassen zijn en zodra de tenten opstaan kunnen ze veel te laat naar bed. Verder ongestoord eten we gebakken patatjes, en niets behalve dan de rammelende treinen kunnen onze rust nog storen. ter atentie: ik (barbara) heb de kleintjes gewassen, eten gegeven en in bedgestopt, de tenten opgezet, én eten voor papa gemaakt én ook nog de tafel afgeruimd en afgewassen én afgedroogd en mijn luie broer (naas) heeft RIEN de patat gedaan, de luuzak !!

Hanoi, zondag 7 april

In onze gedwongen kamping wordt de chef van dienst zenuwachtig als we om acht uur nog met drie op het dak liggen te maffen en nog steeds niet vertrokken zijn. Bij de dagelijkse check up onder de motorkap blijkt dat de ophanging van het oliereservoir voor de servo gewoon is afgebroken, dankzij een tierap en een rol duck-tape kunnen we weer verder tot we eens op een gunstiger plaats terechtkomen om te lassen. We verlaten het kazerne van de militie tegen negen uur dertig. Ik rij vier kilometer terug naar het begin van de snelweg. Helaas is hier geen oprit voorzien richting Hanoi, we voelen ons echt vietnamees als we honderd meter spookrijden op de lege oprit. Dit is het eerste stuk echte autosnelweg sinds Bangkok maar na 30 kilometer loopt de snelweg gewoon dood op een triestige stoffige tweevaksbaan. We rijden naar links richting Hanoi en komen zo op een zesvaksbaan terecht die recht naar het centrum loopt. Drie kilometer verder zijn er werken en veranderen de zes vakken plots in twee halve vakken. Het halve vak veroorzaakt een echte dichte file van motorfietsen en ik durf niet met de vrachtwagen proberen of de weg wel breedt genoeg is. We maken rechts omkeer. De eerste voor ons berijdbare zijstraat loopt na 400 meter dood op een kluwen van smalle straatjes. We maken rechts omkeer. We komen terug aan de stoffige tweevaksbaan. We maken rechts omkeer. We proberen de weg te vragen aan twee agenten die ons toch op de stoffige tweevaksbaan loodsen. We maken rechts omkeer. En dan moeten we via tien kilometer smalle wegen die provol te zwaar verkeer zitten en komen uiteindelijk naast het oude centrum van Hanoi terecht waar we gelukkig een parkeerplaats vinden.

We wandelen de oude oostpoort door en komen terecht in de zesendertig straten van Hanoi die elk een typische sfeer hebben. Eerst de bachen, plastieken zakken en het plakband dan de touwen en manden daarna een straatje vol vals geld voor de geesten, en zo komen we in de visstraat terecht waar we een restaurantje binnenstappen waar er maar een gerecht op het menu staat: CHA CA, het zit er aardig vol met vietnamesen. We bestellen dus vier maal Cha Ca, een lokale specialiteit die in dit restaurantje al vijf generaties lang wordt klaargemaakt. Midden op de tafel wordt er een houtskoolvuurtje neergezet met daarop een pannetje met gemarineerde vis. Bij deze pruttelende vis word een kommetje groene groenten gekwakt die lekker tot moes sudderen. Verder zijn er nootjes, witte noedels en verschillende groenten. De kombinatie van dit alles is werkelijk heerlijk: een aanrader.

Barbara wil internetten maar het eerste kantoor heeft geen diskettedrive, het tweede kantoor is meer dan drie maal te duur. We dwalen dus maar wat door de straatjes met kraaltjes, kleren en naaigerief, tot we een geschikt internetkantoor passeren waar we Barbara achter de computer droppen. De rest dwaalt voor. Boedhabeelden, hemden - maar de helft van de verkopers is te lui om recht te staan om iets te verkopen - grafzerken, vlaggen, ..... We wandelen tot aan het Hoan Kiem meer, pikken dan Barbara op en gaan terug naar de kamion die perfect geblokkeerd staat tussen twee piepkleine daihatsu kamionnetjes die dwars geparkeerd staan. Gelukkig staat hun GSM nummer op het voorportier, en een vriendelijk vietnamees belt ze op. Een kwartier later zijn we bevrijd en rijden over de machtige rode rivier via de Chuong Duong brug.

Na een half uur zijn we de stad uit en even later vinden we een verlaten parking met zicht op de aarden omwallingen van de oudste citadel van Vietnam (Co Lao uit de derde eeuw vòòr christus). Met Naas wandel ik door de rijstvelden naar de lokale markt waar we geen bananen maar wel tofu en sprite vinden. En nu maar hopen dat de lebbetjes al aan het vliegen zijn.

Het vliegveld van Hanoi, maandag 8 april

Vooralleer ik er in slaag om effectief op te staan is Naas al naar de markt geweest om vers brood te zoeken. Brood heeft hij niet gevonden maar wel een bamboe juk en twee speciale ijzeren hangers om zijn manden op te hangen aan het juk. Het vliegtuig komt pas om 12u55 dus kunnen we lekker rustig opkramen. Een paar onderhoudswerken die al enkele weken moesten gebeurd zijn kan ik nu afwerken. Het slot van de deur van de badkamer moet dringend onroest en geolied worden. Ook de andere sloten worden onderhanden genomen. De motor blijkt gisteren een paar liter koelvloeistof te zijn verloren. De rubberen slangen hebben last van de 35 jaar ouderdom. De spanringen worden aangedraait en ik maak een beugel om de slangen bij grote schokken te ontlasten. De beugel van het servooliereservoir wil ik lassen maar er is voor het ogenblik geen electriciteit in het dorp en onze groep is al maanden niet meer gebruikt. Daarna ga ik nog met Heidie en Naas naar de markt van Co Lao. Rond elf uur dertig vertrekken we naar het vliegveld. Onderweg kopen we nog heilig water (flessenwater dus) voor het bezoek. Aan een bezinestation vinden we betrouwbaar leidingwater maar de druk is laag zodat we wel een half uur bezig zijn om de twee tanks te vullen. Als de tweede tank om 12u55 nog niet vol is beslissen we door te rijden. Als we langs de landingsbaan rijden zien we het vliegtuig van Singapore taxien. Als we de parking van de luchthaven oprijden komt er verschrikkelijk veel stoom uit de motorkap; er is een barstje in de radiator en als de temperatuur van het koelwater oploopt ontsnapt er stoom door.

Terwijl ik het euvel bestudeer, huppelt de rest van de familie naar de aankomstlobby. Ik moet de kamion verplaatsen naar de bussenparking en ga dan ook naar de aankomsthal. De eerste passagiers komen al buiten, maar de vier Lebbes laten nog een uur op zich wachten. De vierentwintig rugzakken en valiezen worden op de parking uitgepakt. Gelukkig hadden we enkele schuiven leeggemaakt. De twee valiezen vol hulpgoederen komen op de tafel terecht voor de traditionele foto. Barbara is dolgelukkig met alle brieven en cassetes van haar vriendjes en vriendinnen. Er is een massa heerlijke kaas en fijne vleeswaren meegekomen en daarnaast nog echte luxeartikelen voor de wereldreiziger: een vatje wijn "Côtes du Rhone", echte Brugse Tripel, choco van Nutella en van Cote d'or en paaseieren en chocolade kippen.

De twee oude valiezen worden gedumpt en om vier uur vertrekken we van de parking richting noord-west Vietnam naar de bergen dus. Na een uurtje rijden slaan we af op de D303 en vinden een slaapplaats in een steenbakkerij, er is water aan de pomp en de twee moeders wassen kleren en kinderen. 's Avonds wordt er één van de grote steenbakkersovens aangestoken, eerst met hout en dan met zelfgemaakte briquetten. Helaas hebben ze hiervoor een ventilator nodig die driewerf helaas door een ééncilinder dieselmotor wordt aangedreven en dus de vrijwel de ganse nacht blijft pruttelen.

Naar het noordwesten, dinsdag 9 april

De oven brand al lekker door als we wakker worden. De omgeving gonst al van de activiteit, klei bevochtigen en kneden, stenen vormen, stenen stapelen om te drogen, gebakken stenen inladen, een dak bouwen op de brandende oven, klei en stenen vervoeren van hier naar daar en van daar naar hier. Nathalie en Henry willen hier blijven maar toch vertrekken we tegen 10u30.

De eerste stop is de markt van Viet Tri. Na zeven winkeltjes vind ik er eentje waar ze een liter UHT melk hebben die niet over datum is. Na even aandringen worden er nog vier brikken uit een zoldertje aan de overkant van de weg opgegraven. Ijs vinden we niet, fruit wel.

De eerste garage waar ik aan de kamion wil laten lassen en solderen is in platte middagrust. De mecaniciens zijn onmogelijk wakker te krijgen en dus rijden we door. Bij de volgende garage hebben we meer geluk, de garagist kan solderen en lassen, hij slaapt niet op de middag en heeft voor het ogenblik geen werk. Na twintig minuten is zowel de radiator gesoldeerd als de servo gelast, kostprijs zoals afgesproken 50.000 Dong (minder dan 4 euro) schandalig veel voor alhier, wat ik ook uitleg, maar voor supersnelle service willen wij wel iets betalen.

Het landschap verandert zienderoge. Eerst in de verte één enkele heuvel tussen de rijstvelden. Enkele kilometer verder zitten we midden in de heuvels die vrij snel de naam berg waardig worden. Middagmaal op een braakliggend stuk terrein langs de weg, met brandnetelkaas. De eieren die we in Viet tri kochten zien er lekker uit maar er blijken kuikenembryo's in te zitten, een lokale specialiteit. Pas bij het tweede ei valt Heidie euro. De andere acht eieren worden aan de lokale bevolking geschonken;

In het noordwesten, langs het Thac Ba meer, woensdag 10 april

Om vijf uur de dorpsradio, Om zes uur de schoolkinderen van het dorp. Om zeven uur een grote Rina show door Piet De Vaere, Om acht uur de politieagent van gisteravond, maar pa blijft koppig liggen. Barbara is zo slim om met behulp van het zonder woordenboek uit te leggen dat ik ziekerig ben. Als de agent afdruipt ga ik ontbijten (met hollandse kaas en konfituur van meter). Tegen tien uur gaan we onderweg.

Vandaag eindelijk nog eens een echte bergrit. Hoe verder we rijden hoe bergachtiger het landschap wordt.

Tijdens een koffiepause ontmoeten we zeer vriendelijke mensen en nu ik stillaan toch een paar woorden vietnamees begin te verstaan en zelfs kan uitspreken op een mannier dat de zelfs de vietnamezen begrijpen wat ik probeer te zeggen. Dankzij het boekje van de lonely planet (dat we in Bangkok kochten) kunnen we een echt gesprekje voeren alhoewel ze geen woord engels spreken of verstaan. Het gesprek begint als ze me weer eens vergelijken met Bin Laden gewoon omdat ik een baard heb. Ik vertel dat Bin Laden mijn oudere broer is (ANH) en iedereen schatert. Dan volgt een soort intervieuw. Eerst natuurlijk waar de zeven kinderen vandaan komen, hoe oud ze zijn, jongens en meisjes. En dan mijn werk, mijn hobby reizen, mijn sport roeien(wat volgens hen mogelijk is op het Thac Ba meer dat volgens de kaart hier vlakbij ligt maar dat we tijdens onze rit van 100 kilometer langs het meer nooit te zien krijgen.) De vrouw die mij ondervraagt duidt "gambling" aan als hobby.

Tegen de middag begint het te miezelen, en het miezelt vrijwel de ganse namiddag. Zeer vriendelijk van de Lebbetjes dat ze wat friste meebrachten uit vlaanderen, maar deze echte vlaamse motregen, dat hadden ze echt niet moeten doen. De weg wordt er glad van en kunnen dus niet zeer snel rijden door deze prachtige bergen. De toppen van de hoge heuvels krijgen we ook niet te zien. Waarschijnlijk missen we ook een paar indrukwekkende vergezichten.

Hier wonen duidelijke andere bevolkingsgroepen, volgens onze reisgidsen alhier vooral zwarte thai. Hun zeer traditionele woningen zijn ronduit prachtig. Ook de nieuwe gebouwde woningen zijn traditioneel opgetrokken. Zoals in Thailand is de gelijkvloerse verdieping volledig open, het zijn dus echte paalwoningen. De eerste verdieping heeft houten wanden met ramen met gedetailleerde patronen. Alle daken zijn met gras bedekt. Hier vrijwel nog geen metalen of cementgolfplaten te vinden, de huizen passen echt in hun omgeving. Naast de rijstteelt in de dalen is er hier vooral een bloeiende handel in lichte boomstammetjes en lange bamboestokken.

De regen is opgehouden en om vijf uur stoppen we naast een garage. De meerderheid maakt een dorpswandeling, ze komen met brood en verse vis terug. De lucht zit vol wolken dus zetten we weer tenten op.

Het regent weer en blijft de ganse nacht regenen. We genieten van de frisse avond en de koude nacht: hier wordt het 's nachts zelfs kouder dan 20 °C !!!!

Naar de Chinese grens, donderdag 11 april

Vandaag staat de Chinese grens op het programma maar dit is al snel gescharpt als onze gastheer de garagist een gebroken bladveer ontdekt. Wonder boven wonder hangt er onder de kamion een reserve bladveer. Tijdens de voorbereiding van onze reis besliste ik de kamion principieel niet te overladen met zware reserve onderdelen, maar tegen mijn principes in nam ik op aanraden van een MAN kenner toch een bladveer mee (met dank aan Luc Vandepitte die hem hielp monteren).

De massa vertrekt op een dorpswandeling en gaat ook in het dorp eten. Met vier man wordt er aan de kamion gewerkt, en vier uur later zit de nieuwe bladveer op zijn plaats. We kunnen weer een beetje verder, Het is al drie uur dus ver raken we niet. We stoppen langs de weg vòòr een huis. We moeten echter eerst een plas dempen met grind om droog uit onze kamion te kunnen stappen. Gisteren was het één en al modderboel en dat is niet voor herhaling vatbaar.

terug naar boven