zevenentwintigste week

Chennai, rustdag in Triplecane, vrijdag 4 januari

We slapen lang. Als ik tegen elf uur naar de haven bel blijkt dat de verschepingspapieren pas morgen zullen klaar zijn. Dus deze namiddag blijf ik lekker rustig in de guesthouse.

We gaan eten in hotel Maharaja waar Barbara gisteren een aantal nieuwe gerechten leerde ontcijferen: we aten pallak paneer, kofta paneer en gobi 65. Daarna struinen we wat door Triplecane High Road en zijstraten. Naas schaft een poepsjieke tweedehands maharajamuts aan die hier enkel om te trouwen wordt gebruikt. Samen met Sofie ga ik een reisbureau zoeken om goedkopere vleigtuigticketten te vinden wat ook lukt (een vlucht van Air India in plaats van Air Maleysia). Terug in Broadlands babbel ik wat met een motorijder uit Antwerpen die zijn kilometerteller probeert te herstellen op een van de binnenpleintjes, ze vliegen weldra naar Kenia om daar hun wereldreis verder te zetten richting Soedan, Somalie en Eritrea. Heidie wandelt nog wat verder door de nauwe straten van dit duidelijjk oudere deel van Madras.

In de avond ga ik terug naar het reisbureau maar ze weten niet als er nog plaatsen vrijj zijn op de vlucht van maandagnacht; morgen meer nieuws. We eten op de kamer en er worden vele boekjes gelezen.

Chennai, de laatste papieren zaterdag 5 januari

Tegen 11 uur dus voor de laatste maal naar George Town, de ons allen bekende Linghi Chetty street 125. Eerst en vooral ga ik naar de bank waar ik zonder mijn pasport helaas geen grote geldsommen kan afhalen. Dus vlug op en af naar de kantoren van World Freight International mijn paspoort gaan ophalen. Het tweede bezoek aan de bank (Standard Chartered) verloopt zeer vlot en zonder veel problemen krijg ik 1500 biljetten van 100 roepies, mijn volledige tas zit er vol mee, nochthans bestaan er biljetten van 1.000 roepies maar die blijken niet voorradig. Ik zie ook andere klanten met zakken vol geld de bank buitengaan. Uit veiligheidsoverwegingen neem ik ditmaal een riksja naar Linghi Chetty street 125, alhoewel het te voet even snel gaat. Alle papieren zijn inderdaad klaar: een faktuur, de ocean bill of lading, de carnet de passage en douane en ook mijn afgestempeld pasport. Onze vrachtwagen is nu officieel geëxporteerd, hij is dus nu in niemandsland.

De bus 32A blijkt mij te moeten terugbrengen naar Triplecane maar na een half uurtje zoeken heb ik nog steeds geen bushalte voor deze bus gevonden, en iedereen wijst mij telkens een andere kant op of raad mij aan een andere bus te nemen: bus 21, bus 11H, Geen van die bussen komt opdagen, ofwel rijden deze bussen niet ofwel sta ik aan de verkeerde halte. Uiteindelijk neem ik dan maar een rikja terug naar het kantoor van Evershine Air Travels (P) LTD. Onze vliegtuigticketten zullen om 21u30 klaar zijn en dan zal de manager ze naar onze guest-house brengen.

Tegen de avond besluiten we naar Mount Road te wandelen op zoek naar een gezelliger restaurantje. Mount Road ofte Anna Salai (vrijwel alle grote straten hebben hier een oude en een nieuwe naam) is een achtvaksbaan en de voornaamste winkelstraat van Chennai. Vreselijk verschrikkelijk lawaaierig en ongezellig. Een gezellig restaurant vinden we niet en we besluiten om eens in een groot winkelcentrum aan de overkant van de straat te gaan zoeken. Het oversteken is een zware taak. Het "spencer plaza" is inderdaad een modern winkelcentrum met Wijnegem allures. De enige eetgelegenheden die we vinden zijn kleine hokjes in de uithoeken van het gebouw. We eten uiteindelijk frietjes en chickenburgers in een verschrikkelijk ongezellige snackbar die ook als minilunapark dienst doet. De uitbater is vriendelijk en de bediening is traag. Ik erger me voor de zoveelste maal aan hardnekkige riksja-chaffeurs die hun meter niet willen gebruiken en ons tot driemaal de prijs willen laten betalen, na drie maanden India lopen wij daar niet meer in, maar een riskja-chauffeur vinden die ons toch voor een redelijke prijs terug naar Broadlands wil brengen is geen sinicure.

Rond 22u komt mr Sadhasiam inderdaad onze vliegtuigticketten in de guesthouse afleveren, een goede service van Evershine Air Travels (P) LTD.

Chennai, zondag 6 januari

Rustdag in Triplecane; van de reporter terplaatse:

Veel te vroeg naar onze zin worden we gewekt door zacht geklop op onze deur, en een klein stemmetje; 'ik moet pipi doen'.Het is de eerste dag sinds lang dat koen echt vakantie heeft, dat betekent ; geen telefoontjes, geen bankbezoek, geen burogeleuter...(..Hoewel we vandaag precies 6 maanden onderweg zijn, doen koens activiteiten van de laatste weken mij straf aan het leven in brugge denken, met dat aardig verschil dat we hier tussen de indioten zitten in een stinkende ongeorganiseerde stad, en niet in ons geliefde brugge .

Zondag, rustdag, drie koningen, leve andreas. Er wordt gelezen, geplastisiend, gestudeerd (jawel !), geruzied, (jazeker, ze zijn er expert in ) gewassen en meer van die dingen.Als het middag is beslist de familieraad dat het de pizzacorner wordt. Allen daarheen, de rikshaw rijdt de pizzacorner voorbij en zet ons af aan de pizza hut but who cares, piet en sofie zeker niet, want er is ook een ballenbad. Het lawaai rondom ons is enorm, een reunie in ten boomgaard kan er in de verste verste niet aan tikken, de decibels van de de vaeres verzinken in het niets...........Toch is het eten lekker.Papa koen en de kleintjes keren terug naar ons hotelletje, en de rest zakt af naar Egmore station in de hoop daar een rugzakje te vinden voor barbara. We lopen er wat heen en weer en weer en heen en barbara vindt wat ze zoekt, en naas koopt een speelgoed rikshaw. We stappen weer een pruttelkarretje in en tuffen naar broadlands. In tegenstelling tot buiten is het in ons hotel zalig rustig en stil, en hoewel dit huis geen sterretjes verdient, is het hier echt prettig verblijven.

Chennai, maandag 7 januari

Rustdag in Triplecane; vandaag is rusten echt nodig want vannacht gaan we vliegen. Dus lang slapen. Internetten. 's Middags Sofie en Piet in bed. Piet is snel terug maar als mama naast Sofie gaat liggen doet Sofie toch een flinke dut. We ruimen de kamers op, lezen boektjes en elk om beurt zitten we wat te computeren. Een telefoontje naar World Freight Systems leert dat de Kota Mewah zaterdagnacht niet vertrokken is en pas morgen de haven verlaat; direct drie dagen vertraging dus. De voorlaatste roepies worden op de zwarte markt terug in US dollars omgewisseld, de laatste houden we voor de" ambassador" die ons naar de luchthaven zal brengen.

De vlucht in de nacht van 7 januari op 8 januari

Stipt om 22u staat die taxi voor de deur van Broadlands en kwart voor elf zijn we in de luchthaven. We zijn nog een uur te vroeg om in te checken maar men verwittigde ons dat men hier in India al meer dan een uur voor het vliegtuig vertrekt de ticketten van de laatkomers terug begint te verkopen, dus zijn we liever te vroeg dan te laat. Bij de douanecontrole wordt de chef erbij gehaald omdat wij ook in Pakistan waren, het land van de terroristen die op 13 december het Indische parlement in Dehli aanvielen. Pakistan is de laatste weken weer een aartsvijand, dus zijn wij misschien gevaarlijk. De hoofd douanier begrijpt snel hoe de vork aan de steel zit als ik hem over onze tocht overland vertel en de verschepingspapieren naar Port Kelang toon; we mogen dus India uit.

Als we boven nog een cafetaria tegenkomen, willen de kinderen iets drinken. Ze gaan vragen of we in USD kunnen betalen. Mama heeft de kleine dollarbiljetten in haar geldbuidel en ....... vindt 500 indische roepies!!!! In een uurtje tijd slagen de kinderen erin deze roepies op te gebruiken want in Maleysië hebben ze waarschijnlijk niet veel waarde meer. Gelukkig is de luchthaven duur.

Aan de ingang van de gate wordt mijn zwitsers zakmes afgenomen, het gaat wel mee met het vliegtuig maar ik mag het niet bijhouden. Ook een speelgoedgeweer van een indisch kind volgt dezelfde weg. In de gate moeten we nog twee uur wachten, we kijken naar een mooie documentaire over het gedrag van dieren op Discovery-Channel, voor ons een echte zeldzaamheid, eens een uur TV kijken.

Het vliegtuig stijgt op tijd op, de kinderen vinden het leuk. We krijgen eerst nog eten en dan valt iedereen in slaap. Na drie en een half uur vliegen is het zes uur later: we zijn in Kuala Lumpur. De luchthaven is nieuw en prachtig, er zijn geen oude gebouwen. Wij komen aan in de Satteliet en een modern treintje brengt ons naar de aankomsthal. We zijn verbaasd van zoveel luxe te zien, de kinderen hebben zelfs geen tijd om moe te zijn.

Onze baggage: één stuk voor zes personen vinden we vlug op de lopende band maar mijn zakmes is nergens te vinden. Vriendelijk mensen van Maleysian airways helpen mij maar via de lost en found desk van Maleysian (waar ik aangifte doe van het spijtig verlies) wordt ik naar de kantoren van Idian Airways gestuurd waar niemand te vinden is (alleen een gesloten deur). Dus zonder zakmes een dure luxueze taxi in. Maar Kuala Lumpur International Airport bevindt zich op meer dan 50 km van Kuala Lumpur dus is de prijs van de taxi wel te begrijpen en eigenlijk toch niet zo duur. De expressway van Singapore naar Thailand is een echte zes vaks autostrade, zoals we er in India geen enkele tegenkwamen. Ook het doorkruisen van Kuala Lumpur zelf verloopt verbazend vlot voor een hoofdstad. Overal zijn er grote lange bruggen gebouwd dwars door de stad zodat het verkeer vlot verloopt. We zijn verbaasd van zoveel moderne wegen en we vangen ook de eerste glimpen op van de vele indrukwekkende wolkenkrabbers. De taxi zet ons af bij "Ben Soo Homestay".

Aankomst in Kuala Lumpur, dinsdag 8 januari

Ben Soo Homestay is een klein goedkoop guesthouse aan de rand van het centrum van Kuala Lumpur, er zijn maar zes kamers waarvan wij er twee bezetten. Ben Soo is inderdaad zeer vriendelijk en helpt mij onmiddellijk om naar Vtop te bellen om af te spreken voor het importeren van onze vrachtwagen. Wij vallen alle zes moe op een bed neer. Sofie slaapt vrijwel direkt (gelukkig). Met piet die niet slaapt doe ik een kleine wandeling in de omgeving, we halen geld uit de muur om het importeren van de non te betalen en kopen cola en chocolade. Na de middag krijg ik bevestiging van de scheepsagent dat ons schip inderdaad zaterdag of zondag de haven van Port Kelang zal binnenvaren. Wij zullen dus ten vroegste dinsdag of woensdag onze vrachtwagen terug hebben; we wonen dus zeker een volle week bij Ben Soo.

In de avond gaan we naar het grote bruine gebouw dat we vanuit onze kamers zien: we vinden er een grote shopping-mall met vele verdiepingen. Op de gelijkvloers een pizza-hut en een mac-donalds. De big macs en de happy meals blijken nog steeds in de smaak te vallen. Op de vijfde verdieping vinden we een echt pretpark met botsauto's, een luna park, een spookkottrein, een slingerende piratenboot, een echte grote paardemolen, klimrekken en glijbanen en veel lawaai. Het is echter tijd om...... te gaan slapen, veel slapen.

Petronas twin towers, Kuala Lumpur, woensdag 9 januari

Om tien uur worden we door Piet en Sofie wakker gemaakt. Ben geeft gratis ontbijt tot tien uur en dan ruimt hij alles op. We moeten wel zelf de toasten maken en eten alles buiten op, in het open trappenhuis.

Tegen een uur of twaalf besluiten we te voet naar de Petronas Twin Towers te gaan wandelen. Ze zijn met hun 450 meter nog steeds de hoogste gebouwen ter wereld (als je de spitsen van 63 meter mag meerekenen) en van hieruit ziet het er niet ver uit. De weg naar de Petronas Towers is bezaaid met wolkenkrabbers. Op de brede lanen schijnen de moderne wagens voor ons geruisloos voorbij te rijden. Het lawaai van de slecht onderhouden indische voertuigen samen met al hun getoeter is duidelijk onze maatstaaf geworden. Hier vinden we het zeer drukke verkeer gewoon stil!!!! In de nieuwe wolkenkrabberwijk van KL zijn geen winkelstraten, de winkels zitten gewoon in de vijf à tien onderste verdiepingen van de kantoorgebouwen. Als we rond een uur of drie honger krijgen blijken we in een dure uitgaanswijk te zijn. De restaurants bieden gastronomische menu's aan en daar hebben we (en zeker de kinderen niet) niet onmiddellijk behoefte aan. Gelukkig vinden we twee straten verder een straat vol eetkraampjes waar we de gerechten zelf kunnen opscheppen. Ook het gewone eten is hier voor ons veel aantrekkelijker dan de piekante indische thalis. We eten met zes alles waar we zin in hebben: vis, kip, ei, rijst en betalen uiteindelijk 35 ringit (iets meer dan 10 euro).

Na het eten stappen we recht naar de Petronas Twin Towers die na het verdwijnen van de WTC torens enkel nog met de Sears tower in Chicago moeten concureren. Ook van nabij zijn de torens echt mooi, verzorgd en zelfs proper met hun blijkbaar goed onderhouden hoofdzakelijk inox bekleding. Op de dertigste verdieping vinden we inderdaad ruitenwassers die aan het werk zijn. We willen de Sky Brigde tussen de twee torens bezoeken, maar de namiddag bezoeken zijn afgeschaft. We moeten 's morgens om 9 uur terug komen.

Als we dwars onder de torens doorlopen komen we in een superdelux winkelcentrum waar alle beroemde wereldmerken hun stekje hebben: Esprit, Bodyshop, Marks en Spencers, Max Mara,, ...... en vele vele sjieke kledingszaken. Alles ziet er veel verzorgder uit dan de meeste westerse winkelcentra. We vinden er ook een voedingssupermarkt waar werkelijk alles te vinden is zoals in een GB-carrefour of een Delhaize, jammergenoeg hebben we onze kamion niet en kunnen we dus niet veel inkopen.

Tegen de avond begint het te regenen en nemen we de metro (bombardier uit ten briele waarschijnlijk) en trein terug naar Ben Soo waar we een boterhammetje eten voor het slapen gaan.

China Town, Kuala Lumpur, donderdag 10 januari

In de voormiddag doen we lekker niets; Piet en Sofie vinden het best gezellig. Ben Soo doet nog een poging om mijn zakmes terug te krijgen (met telefoon en fax).

Op weg naar het station gaan we in een vegetarisch chinees restaurant eten, we bestellen zomaar wat en het is allemaal lekker.

We nemen de trein ( die op een moderne brug boven de straten rijdt met hangende stations) naar Jamek Masjid Jamek. Een rustige moskee midden het drukke straatgewoel. De kinderen ontdekken op elke straathoek een Makkie Dee. We wandelen langs een rustige promenade naar de central market en daarna raken we snel in het drukke chinatown. We komen midden het opzetten van de avondmarkt terecht. In een mum van tijd worden van alle kanten openvouwbare karretjes en tafeltjes op wielen aangesleept. Je kunt er alle mogelijke namaakproducten kopen: horloges, computerprogramma's, leren en kleren. We eindigen onze wandeling door China town aan het volgende treinstation en sporen terug naar Ben Soo waar we een boterhammetje eten voor het slapen gaan.

terug naar boven